GebruikershandleidingIM 350/430 series

Parameterinstellingen

Met Gebruikersparameters kunt u verschillende instellingen naar uw eigen wensen aanpassen. Om functie-instellingen te wijzigen, moet u de Gebruikersparameter-schakelaars instellen.

Schakelaars en bits

Elke Gebruikersparameter heeft een aantal schakelaars en elk van de schakelaars bestaat uit 8 bits, waarvan de waarde "0" of "1" is. De bit aan de uiterste rechterzijde is bit 0 en de bit aan de uiterste linkerzijde is bit 7. U kunt de instellingen aan uw behoeften aanpassen door de waarde van de bits tussen "0" en "1" te schakelen.

  • Schakelaar 02

    0

    0

    1

    1

    1

    0

    1

    1

    7

    6

    5

    4

    3

    2

    1

    0

Overzicht van de Gebruikersparameter-schakelaars:

Schakelaar: 02, Bit: 0

Doorzendteken

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Doorzendteken.

Schakelaar: 02, Bit: 3

Schakelaar: 03, Bit: 0

Automatisch afdrukken van het communicatieresultatenrapport

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Communicatieresultaatrapport (Geheugenverzending).

Schakelaar: 03, Bit: 2

Automatisch afdrukken van het geheugenopslagrapport

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Het opslagrapport van documenten in het geheugen controleren (geheugenopslagrapport).

Schakelaar: 03, Bit: 3

Automatisch afdrukken van het SEP-code ontvangstreserverapport

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie SEP Code RX-reserverapport.

Schakelaar: 03, Bit: 4

Automatisch afdrukken van het SEP-code ontvangstresultatenrapport

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie SEP Code RX-reserverapport.

Schakelaar: 03, Bit: 5

Automatisch afdrukken van het directe verzendresultatenrapport

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Direct TX-resultatenrapport (Directe verzending).

Schakelaar: 03, Bit: 7

Automatisch afdrukken van de records

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Het faxverzend- en ontvangstresultaat controleren (Records).

Schakelaar: 04, Bit: 0

Automatisch afdrukken van het vertrouwelijk bestand rapport

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Vertrouwelijk bestandsrapport.

Schakelaar: 04, Bit: 1

Automatisch afdrukken van het communicatiestoringsrapport en SUB-code doorzendrapport


  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Communicatiefoutrapport en SUB-code doorzendrapport.

Schakelaar: 04, Bit: 4

De naam van de andere partij in rapporten opnemen

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Voor meer informatie, zie:

Het opslagrapport van documenten in het geheugen controleren (geheugenopslagrapport)

SEP Code RX-reserverapport

SEP Code RX-resultatenrapport

Communicatieresultaatrapport (Geheugenverzending)

Direct TX-resultatenrapport (Directe verzending)

Communicatiefoutrapport

"Wanneer een fout van een faxfunctie wordt gemeld via een rapport of via e-mail", Problemen oplossen

Schakelaar: 04, Bit: 7

Schakelaar: 05, Bit: 0

Voorwaarde voor ontvangst servicegesprek (vervangende ontvangst tijdens service-oproep)

  • 0: Mogelijk (vervangende ontvangst)

  • 1: Niet mogelijk (ontvangst uitgeschakeld)

Schakelaar: 05, Bit: 2, 1

De ontvangst vervangen wanneer het apparaat niet kan afdrukken (omdat papier is vastgelopen, alle papierladen leeg zijn, toner op is of alle papierladen buiten dienst zijn)

  • 00: Onvoorwaardelijk ingeschakeld (Vrij)

  • 01: Ingeschakeld als Eigen naam/Eigen Faxnummer wordt ontvangen

  • 10: Ingeschakeld voor overeenkomst met Gesloten netwerk code

  • 11: Uitgeschakeld (ontvangst uitgeschakeld)

Zie Vervangende ontvangst.

Schakelaar: 05, Bit: 5

Afdrukken is beperkt tot de pagina's die de hoogste prioriteit hebben (juiste formaat afdrukken)

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Afdrukken op het juiste formaat.

Schakelaar: 05, Bit: 7

Waarschuwing lege lade ('papier op') zelfs als één papierlade leeg is

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Problemen oplossen.

Schakelaar: 06, Bit: 0

Geef de volgorde op van de informatie die wordt weergegeven onder "Bestemming" in de records, het Directe TX-resultaatrapport en op het scherm [Status Verzendbestand] voor faxverzending.

  • 0: Geeft prioriteit aan de gegevens van het bestemmingsapparaat

    <Prioriteitsvolgorde>

    1. Naam die is geregistreerd voor het bestemmingsapparaat

    2. Faxnummer dat is geregistreerd voor het bestemmingsapparaat

    3. Naam die is geregistreerd in het adresboek

    4. Opgegeven faxnummer

  • 1: Geeft prioriteit aan de gegevens in het adresboek

    <Prioriteitsvolgorde>

    1. Naam die is geregistreerd in het adresboek

    2. Opgegeven faxnummer

    3. Naam die is geregistreerd voor het bestemmingsapparaat

    4. Faxnummer dat is geregistreerd voor het bestemmingsapparaat

Voor meer informatie, zie:

De faxverzendresultaten bekijken

Direct TX-resultatenrapport (Directe verzending)

Het faxverzend- en ontvangstresultaat controleren (Records)

Het faxverzend- en ontvangstresultaat controleren (Records)

Schakelaar: 06, Bit: 1

Geef op of de G3-1 communicatie overeenkomt met Super G3.

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 07, Bit: 2

Parallelle geheugenverzending

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Parallelle geheugenverzending.

Schakelaar: 08, Bit: 2

Type geautoriseerde ontvangst

  • 0: Alleen ontvangen van gespecificeerde afzenders

  • 1: Alle documenten ontvangen, behalve van gespecificeerde afzenders

Zie Geautoriseerde ontvangst per afzender.

Schakelaar: 10, Bit 0

U kunt hiermee functies op het bedieningspaneel, zoals het afdrukken of verwijderen van ontvangen documenten, beperkt toegankelijk maken.

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 10, Bit: 1

Twee originelen combineren

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Twee originelen combineren.

Schakelaar: 10, Bit: 6

Zowel e-mailmelding als afgedrukte rapporten gebruiken om het verzendresultaat te bevestigen

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie De faxverzendresultaten afdrukken en deze per e-mail verzenden.

Schakelaar: 10, Bit: 7

Geef op of u het ontvangen document wilt afdrukken en verwijderen dan wel of u een rapport wilt afdrukken en het document wilt verwijderen indien zich een opslagfout voordoet.

  • 0: Druk het ontvangen document af en verwijder het

  • 1: Druk een rapport af en verwijder het document

Zie Faxen automatisch verwijderen of geen faxen meer ontvangen in het geval van een opslagprobleem.

Schakelaar: 11, Bit: 2

Vrijwel blanco documenten detecteren en rapporteren bij het scannen

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Herkennen van lege pagina's.

Schakelaar: 11, Bit: 5

Afhankelijk van de [Bestandsontvangstinstellingen] zal het apparaat documenten die worden doorgestuurd, afdrukken of opslaan volgens de instelling 'Speciale zender programmeren' in Faxeigenschappen.

  • Wanneer [Opslaan] is ingesteld op [Uit] in de Bestandsontvangstinstellingen, drukt het apparaat de doorgestuurde documenten af.

  • Wanneer [Opslaan] is ingesteld op [Aan] en [Afdrukken] is ingesteld op [Uit] slaat de machine ze op.

  • Wanneer zowel [Opslaan] als [Afdrukken] ingesteld zijn op [Aan], zal de machine ze opslaan en afdrukken.

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Doorzenden per afzender.

Schakelaar: 14, Bit: 0

Documenten afdrukken die zijn ontvangen met 'ontvangst via automatisch stroom aan' (afdrukmodus voor 's nachts)

  • 0: Direct afdrukken

  • 1: Afdrukken als slaapstand uitgeschakeld wordt

Zie Automatische opstart bij faxontvangst.

Schakelaar: 14, Bit: 1

Lange originelen scannen

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 14, Bit: 3

Resetten als functie is gewijzigd

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 15, Bit: 2, 1, 0

De beschikbare papierinvoerlade selecteren

(alleen de onderstaande nummers kunnen worden ingevoerd)

  • 001: Lade 1

  • 010: Lade 2

  • 011: Lade 3

  • 100: Lade 4

Schakelaar: 15, Bit: 5

Beschikbare papierinvoerlade selecteren

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 17, Bit: 1

Broadcast-verzending verbieden

  • 0: Niet verbieden

  • 1: Verbieden

Schakelaar: 17, Bit: 2

Op [Toev.] drukken nadat u bij het verzenden een bestemming heeft opgegeven met de bestemmingstoets

  • 0: Niet nodig

  • 1: Nodig

Zie Verzendfouten voorkomen.

Schakelaar: 17, Bit 3

Instellingen resetten als een origineel is gescand

  • 0: Aan

  • 1: Uit

Schakelaar: 17, Bit: 4

Het bevestigingsscherm van de bestemming weergeven nadat op [Start] is gedrukt

  • 0: Niet weergeven

  • 1: Weergeven

Zie Voorkomen dat documenten naar de verkeerde bestemming worden verstuurd.

Schakelaar: 18, Bit: 0

Datum afdrukken in de faxkoptekst

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Faxkoptekst.

Schakelaar: 18, Bit: 1

Oorspronkelijke afzender afdrukken in de faxkoptekst

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Faxkoptekst.

Schakelaar: 18, Bit: 2

Bestandnummer afdrukken in de faxkoptekst

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Faxkoptekst.

Schakelaar: 18, Bit: 3

Paginanummer afdrukken in faxkoptekst

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Faxkoptekst.

Schakelaar: 19, Bit: 1

Records sorteren op verzendtype

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie De records handmatig afdrukken.

Schakelaar: 20, Bit: 0

LAN-faxresultatenrapport automatisch afdrukken

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie LAN-faxresultatenrapport.

Schakelaar: 20, Bit: 5, 4, 3, 2

Tijd voor opnieuw afdrukken van in het geheugen opgeslagen documenten die niet konden worden afgedrukt met behulp van het LAN-faxstuurprogramma

  • 0000: 0 minu(u)t(en) – 1111: 15 minu(u)t(en)

Zie LAN-fax gebruiken.

Schakelaar: 21, Bit: 0

Resultaten afdrukken van het verzenden van het Verzoek om ontvangstbevestiging

  • 0: Uit (alleen afdrukken in geval van een fout)

  • 1: Aan

Zie Een ontvangstbevestiging aanvragen.

Schakelaar: 21, Bit: 1

Reageren op verzoek om e-mailontvangstbevestiging

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie E-mailberichten ontvangen via internetfax of e-mail voor afdrukken.

Schakelaar: 21, Bit: 2

Kies hier of JPEG- of PDF-bestanden die bij binnenkomende e-mail zijn gevoegd, moeten worden afgedrukt

  • 0: Niet afdrukken

  • 1: Afdrukken

Zie E-mailberichten ontvangen via internetfax of e-mail voor afdrukken.

Schakelaar: 21, Bit: 3

Bestandsindeling voor bestanden die worden verzonden naar e-mailadressen en mappen die zijn geregistreerd als doorsturen, bestemmingen van back-upbestanden, ontvangers voor Persoonlijke box of eindontvangers voor Doorzendbox

  • 0: TIFF

  • 1: PDF

Voor meer informatie, zie:

Ontvangen faxdocumenten routeren

Ontvangen faxdocumenten doorzenden

Ontvangen faxdocumenten doorsturen

Verzendinstellingen

Schakelaar: 21, Bit: 4

Records verzenden via e-mail

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Records via e-mail verzenden.

Schakelaar: 21, Bit: 5

Afdrukken van onderwerpen en tekst in normale e-mailberichten beperken (bijgevoegde TIFF-bestanden)

  • 0: Nee

  • 1: Ja

Zie E-mailberichten ontvangen via internetfax of e-mail voor afdrukken.

Schakelaar: 21, Bit: 6

Netwerkfout weergeven

  • 0: Tonen (Aan)

  • 1: Niet tonen (Uit)

Zie Problemen oplossen.

Schakelaar: 21, Bit: 7

Foutmelding per mail versturen

  • 0: Aan

  • 1: Uit

Zie "Wanneer er een fout van de faxfunctie wordt gemeld via een rapport of via e-mail", Problemen oplossen.

Schakelaar: 22, Bit: 0

Kiestoon detecteren voordat faxberichten worden verzonden als telefoonlijn wordt gebruikt (LIJN)

  • 0: Niet detecteren (Uit)

  • 1: Detecteren (Aan)

Schakelaar: 22, Bit: 3

Sta het gebruik van een handset en Op Haak draaien toe als Bestemming meerdere keren invoeren is ingeschakeld

  • 0: Niet toestaan

  • 1: Toestaan

Schakelaar: 22, Bit: 7, 6, 5, 4

Een bestemming herhaaldelijk invoeren.

Geef het aantal keer van bevestiging in binair, bijv. "0010" voor het invoeren van hetzelfde faxnummer twee keer na het handmatig invoeren (drie keer in totaal)

  • 0000: Uit

  • 0001 (1 keer) - 1111 (15 keer)

Zie Voorkomen dat documenten naar de verkeerde bestemming worden verstuurd.

Schakelaar: 24, Bit: 0

Documenten die niet konden worden verzonden opslaan in het geheugen

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Een bestand opnieuw verzenden.

Schakelaar: 24, Bit: 1

Verstreken tijdsduur voordat documenten die niet konden worden verzonden, worden opgeslagen in het geheugen

  • 0: 24 uur

  • 1: 72 uur

Zie Een bestand opnieuw verzenden.

Schakelaar: 24, Bit: 2

Behoud de bestanden die in de Documentserver zijn opgeslagen, ongeacht de instellingen van [Aut. best.verw. in Document server] onder [Systeeminstellingen].

  • 0: Nee

  • 1: Ja

Schakelaar: 32, Bit: 0

Prioriteitsvolgorde selecteren voor het selecteren van een alternatief

  • 0: Papieruitvoer prioriteit

    <Prioriteitsvolgorde>

    1. IP-faxbestemming

    2. Faxnummer

    3. Internetfax

    4. E-mailadres

    5. Map

  • 1: Elektronische uitvoer prioriteit

    <Prioriteitsvolgorde>

    1. Internetfax

    2. E-mailadres

    3. Map

    4. IP-faxbestemming

    5. Faxnummer

Voor meer informatie, zie:

Handige functies voor faxontvangst

Doorzenden

Doorzenden per afzender

Persoonlijke boxen programmeren/wijzigen

Doorzendboxen programmeren/wijzigen

Opmerking

  • Cloudfaxbestemmingen hebben dezelfde prioriteit als de faxnummers wanneer het apparaat een alternatief kiest.

Schakelaar: 34, Bit: 0

Gatekeeper gebruiken bij IP-fax

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Overzicht van IP-faxfunctie.

Schakelaar: 34, Bit: 1

SIP-server gebruiken bij IP-fax

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Zie Overzicht van IP-faxfunctie.

Schakelaar: 35, Bit: 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0

Interval voor opnieuw kiezen van het verzenden van een back-upbestand

  • 00000000: 0 minu(u)t(en) – 11111111: 255 minu(u)t(en)

Schakelaar: 36, Bit: 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0

Maximum aantal keren opnieuw kiezen voor het verzenden van een back-upbestand

  • 00000000/00000001: 1 keer – 11111110/11111111: 254 keer

Schakelaar: 37, Bit: 0

Stoppen met het verzenden van een back-upbestand als de bestemmingsmap vol raakt wanneer het apparaat bezig is met het verzenden van een faxbericht of back-upbestand of deze gaat verzenden

  • 0: Nee

  • 1: Ja

Zie Verzendinstellingen en Maximumwaarden.

Schakelaar: 37, Bit: 3, 2

Geef op of het back-upbestand wel of niet samen met het verzendstoringsrapport moet worden afgedrukt wanneer het verzenden van een back-upbestand mislukt

  • 00: Niet afdrukken

  • 01: Alleen de eerste pagina afdrukken

  • 10: Gehele bestand afdrukken

Schakelaar: 37, Bit: 4

Weergave van de afzendergegevens in de bestandsnaam van documenten die worden doorgezonden naar mapbestemmingen

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 37, Bit: 5

Specificeer of de bestandsnamen van documenten die worden doorgezonden naar mapbestemmingen wel of niet moeten worden beperkt tot gewone tekens

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 37, Bit: 6

Bij gebruik van de functie Fax op afstand geeft het subapparaat een geluidssignaal om u te laten weten wanneer het een ontvangen document heeft afgedrukt.

(Als u "Aan" heeft opgegeven, geeft het apparaat een geluidssignaal overeenkomstig de instelling van [Volume] bij [Geluid] onder [Schermeigenschappen].)

  • 0: Aan

  • 1: Uit

Voor meer informatie, zie:

Ontvangen bestanden afdrukken vanaf het subapparaat

"Functies die optionele configuraties vereisen", Voor beginners

Schakelaar: 38, Bit: 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0

Het maximale aantal pogingen tot verzending dat het apparaat onderneemt voordat bepaald wordt dat een fax niet kan worden doorgestuurd van een afzender (waaronder speciale afzenders) naar een mapbestemming

  • 00000000/00000001: 1 keer – 1111110/11111111: 254 keer

Schakelaar: 39, Bit: 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0

Tijd (in minuten) tussen de pogingen de taak opnieuw te verzenden nadat het doorsturen van een fax van een afzender (waaronder speciale afzenders) naar een mapbestemming is mislukt

  • 00000000: 0 minu(u)t(en) – 11111111: 255 minu(u)t(en)

Schakelaar: 40, Bit: 0

Hiermee wordt opgegeven of de oudste faxen moeten worden afgedrukt en verwijderd wanneer zich een fout voordoet, zodat opslagruimte voor nieuwe faxen kan worden gecreëerd.

  • 0: Aan

  • 1: Uit

Zie Faxen automatisch verwijderen of geen faxen meer ontvangen in het geval van een opslagprobleem.

Schakelaar: 40, Bit: 1

Geef op of het e-mailadres of de map van de bestemming in de kolom "Bestemming" van de records wel of niet moet worden afgedrukt als een ontvangen fax wordt doorgestuurd. Als deze schakelaar is ingeschakeld, wordt het e-mailadres of de map van de bestemming weergegeven op het scherm terwijl de ontvangen fax wordt doorgestuurd.

  • 0: Uit

  • 1: Aan

Schakelaar: 45, Bit: 2

Bestandsindeling voor bestanden die worden verzonden naar e-mailadressen en mappen die zijn geregistreerd als doorsturen, bestemmingen van back-upbestanden, ontvangers voor Persoonlijke box of eindontvangers voor Doorzendbox

Deze functie is beschikbaar als "PDF" is geselecteerd als de bestandsindeling voor bestanden die worden verzonden naar e-mailadressen en mappen voor gebruikersparameter (schakelaar 21, bit 3).

  • 0: PDF

  • 1: PDF/A

Voor meer informatie, zie:

Ontvangen faxdocumenten routeren

Ontvangen faxdocumenten doorzenden

Ontvangen faxdocumenten doorsturen

Verzendinstellingen

Schakelaar: 45, Bit: 3

Druk ontvangen documenten af of sla ze op het apparaat op als de ontvangen documenten juist verzonden zijn naar alle doorstuurbestemmingen.

Zelfs als [Afdrukken] of [Opslaan] zijn ingesteld op [Aan] in [Bestandsontvangstinstellingen], selecteer dan "Niet afdrukken of opslaan" als u de documenten niet wilt afdrukken of opslaan als deze juist zijn verzonden.

  • 0: Gebruik de instellingen onder [Bestandsontvangstinstellingen]

  • 1: Niet afdrukken of opslaan

Zie Ontvangen faxdocumenten doorsturen.

Schakelaar: 46, Bit: 7

Geeft aan of er wel of niet een notificatie wordt verzonden naar een roterend bakenlicht van een derde met MIB-ondersteuning (Management Information Base) als:

  • Faxontvangst is gestart

  • Faxontvangst is voltooid

  • Afdrukken van een ontvangen fax is voltooid

  • Afdrukken van een ontvangen fax is mislukt

  • Doorsturen van een ontvangen fax is voltooid

  • Doorsturen van een ontvangen fax is mislukt

  • Een fax ontvangen en opslaan op de harde schijf is voltooid

  • Een fax ontvangen en opslaan op de harde schijf is mislukt

Neem contact op met uw plaatselijke leverancier om deze functie te gebruiken.

  • 0: Uit

  • 1: Aan