Basisbewerkingen

Basisbediening van het apparaat

De stroom in-/uitschakelen

Namen en functies van onderdelen

Namen en functies van het bedieningspaneel

Het Home-scherm gebruiken

Het scherm "Instellingen" gebruiken

Het toetsenbordtype en de toetsenbordinstellingen wijzigen

De displaytaal wijzigen

Basisbediening van toepassingen

Lijst met toepassingen/widgets

Een toepassing installeren vanaf de Website met toepassingen

Het Kopieerscherm gebruiken

Het scherm Fax gebruiken

Het scherm Scanner gebruiken

Internetpagina's bekijken op het bedieningspaneel

Een onnodige taak uit de wachtrij verwijderen

Gebruikersverificatie

Inloggen via het bedieningspaneel

Een gebruiker in het adresboek registreren en de inloggegevens opgeven

De gebruikerscode in het adresboek registreren

Inloggen bij Web Image Monitor

De beschikbare functies bevestigen

Een gebruiker verwijderen uit het adresboek

Apparaatinstellingen personaliseren

De wachttijd wijzigen tot de slaapstand wordt geactiveerd

De achtergrond van het Home-scherm wijzigen

Een veelgebruikte toepassing of widget toevoegen aan het Home-scherm

Veelgebruikte functies toewijzen aan de functietoetsen

Veelgebruikte functies weergeven op het eerste scherm

De standaardwaarde van elke functie wijzigen

Veelgebruikte instellingen registreren als programma

Documenten afdrukken in volgorde van prioriteit

Een origineel en papier plaatsen

Een origineel op de glasplaat plaatsen

Een origineel in de automatische documentinvoer (ADF) plaatsen

Papier in de papierlade plaatsen

Adresboek

Het adresboek gebruiken

Faxnummers in het adresboek registreren

Bestemmingen in het adresboek opslaan vanuit het faxscherm

E-mailadressen in het adresboek registreren

De bestemmingsmap registreren voor gebruik met Verzenden naar map

Groepen in het adresboek registreren

De beschermingsfunctie gebruiken om misbruik van adressen te voorkomen

Gebruikersgegevens registreren vanuit Web Image Monitor

Een back-up van het adresboek maken of het adresboek herstellen

Apparaten monitoren

Web Image Monitor gebruiken

Het apparaat beheren met de Device Manager NX

De apparaatstatus controleren vanaf het bedieningspaneel

Verbinding maken met een mobiel apparaat

Vanaf een mobiel apparaat verbinding maken met het apparaat via de functie Wi-Fi Direct

De apparaatfuncties gebruiken via een mobiel apparaat