GebruikershandleidingIM 2702

Als het afdrukken niet start

Opmerking

  • Als de indicator Data-in indicator () in de hoek links onderaan van het bedieningspaneel niet oplicht of knippert na het uitvoeren van een afdruktaak, ontvangt het apparaat de af te drukken data niet goed. Controleer de verbinding tussen het apparaat en de computer en de instellingen in de printerdriver.

  • Controleer de melding als deze op het scherm wordt weergegeven.

  • Als een bericht wordt weergegeven tijdens het gebruiken van de afdrukfunctie

  • Druk bij het controleren of wijzigen van de instellingen in [Instellingen] op [Home] (Illustratie van het scherm van het bedieningspaneel) na het sluiten van [Instellingen].

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

Afdrukken over een netwerkverbinding (bekabelde LAN) is niet mogelijk.

Er is een probleem met de verbinding tussen het apparaat en de computer.

Controleer de kabel die het apparaat met de computer verbindt, koppel deze af en sluit hem daarna opnieuw aan. Controleer de aansluiting naar een hub of router en zet dat toestel uit en opnieuw aan als dit mogelijk is zonder andere toestellen te storen. Zet vervolgens het apparaat uit, wacht 10 seconden of langen na het bevestigen dat de aan/uit-indicator uit is en zet het apparaat opnieuw aan.

De stroom in-/uitschakelen

Er werd geen geschikte poort geselecteerd voor de netwerkomgeving in de Windows-printerdriver.

Rechterklik op het apparaatpictogram op het scherm "Apparaten en printers" en geef de printereigenschappen weer. Controleer of de juiste poort is geselecteerd op het tabblad [Poorten]. Raadpleeg de netwerkbeheerder voor details over uw netwerkomgeving.

Afdrukken over een netwerkverbinding (draadloze LAN) is niet mogelijk.

De ontvangst is zwak.

Verplaats het apparaat of verwijder voorwerpen tussen het apparaat en de computer en controleer of de situatie verbetert.

Een ander toestel dat radiogolven gebruikt op dezelfde frequentie, zoals een microgolfoven of draadloze telefoon, stoort het apparaat.

Zet zulke toestellen uit en controleer of de situatie verbetert.

Afdrukken over een netwerkverbinding (draadloze LAN) is niet mogelijk.

(Infrastructuurmodus)

De SSID is niet correct gespecificeerd of de ontvangst is slecht.

Controleer [SSID-instelling] en [Signaal wireless LAN] in de [Instellingen][Apparaateigenschappen][Systeeminstellingen][Interface-instellingen][Draadloos LAN].

Er is mogelijk een probleem met het toegangspunt of het weigert een verbinding met het toestel.

Controleer of de verbinding met het toegangspunt of de verbinding tussen het toegangspunt en de computer normaal werd bekomen. Op sommige toegangspunten kan de verbinding met het toegangspunt worden beperkt door het MAC-adres of andere attributen. Raadpleeg de netwerkbeheerder voor details over uw netwerkomgeving.

Afdrukken over een netwerkverbinding (draadloze LAN) is niet mogelijk.

(802.11 ad-hoc modus)

De verbindingsmodus of SSID is niet juist gespecificeerd.

Controleer [Communicatiemodus], [SSID-instelling], [Ad-hoc Channel], en [Beveiligingsmethode] in [Gebruikerstools][Apparaateigenschappen][Systeeminstellingen][Interface instellingen][Draadloos LAN].

Afdrukken via een USB-verbinding is niet mogelijk.

De USB-kabel is niet op de juiste wijze aangesloten.

Sluit de USB-kabel aan op de USB2.0-interface Type B linksachter op het apparaat.

Het apparaat wordt niet juist erkend op de computer.

Voer het volgende uit:

Het apparaat wordt niet weergegeven bij verbinding via USB

De USB-poort is niet juist geselecteerd in de Windows-printerdriver.

Rechterklik op het apparaatpictogram op het scherm "Apparaten en printers" en geef de printereigenschappen weer. Controleer of de juiste USB-poort is geselecteerd op de tab [Poort].

De computer is juist aangesloten op het apparaat maar er kunnen geen documenten worden afgedrukt.

Gebruikersauthenticatie of een versleutelingscode voor de driver is gespecificeerd op het apparaat.

Raadpleeg de toestel- en apparaatbeheerders voor informatie over de instelling en configureer de printerdriver overeenkomstig.

Inloggegevens in het printerstuurprogramma opgeven

Het apparaat is geconfigureerd voor off-line gebruik in de Windows-printerdriver.

Rechterklik op het scherm "Apparaat en Printer" op het apparaatpictogram [Zie wat er wordt afgedrukt] [Printer], en vink het [De printer offline gebruiken] selectievakje uit.

Er is een fout opgetreden in de computer.

  • Controleer of andere toepassingen actief zijn. Sluit alle andere toepassingen, want die kunnen mogelijk een conflict veroorzaken met het afdrukken. Als het probleem niet is opgelost, sluit dan ook onnodige processen.

  • Controleer of het nieuwste printerstuurprogramma wordt gebruikt. Verkrijg en installeer de laatste versie van de driver.

Formulier voeden kon niet worden uitgevoerd omdat het overeenkomstige papier niet werd geladen of een bewerkeigenschap waarin Formulier voeden niet mogelijk is, werd gespecificeerd terwijl [Automatisch doorgaan] is gespecificeerd.

  • Plaats het papier en controleer daarna of het papierformaat en type op de juiste manier zijn opgegeven in [Instellingen][Instell. papierlade].

    Papier in de papierlade plaatsen

  • U kunt de instelling [Automatisch doorgaan] wijzigen in [Instellingen][Apparaateigenschappen][Printerinstellingen][Systeem].

Het afdrukken is niet uitgevoerd, hoewel het opgegeven afdruktijdstip reeds is verstreken.

De klok op het apparaat is niet juist ingesteld.

Controleer de [Instellingen][Apparaateigenschappen][Systeeminstellingen][Timerinstellingen][Tijd instellen].

De klok op de computer is niet juist ingesteld.

Stel de klok van de computer juist in.

Een foutmelding wordt weergegeven op het scherm van het bedieningspaneel.

Verwijder de foutmelding.