GebruikershandleidingIM 2500/3000/3500/4000/5000/6000 series

Apparaat

In dit gedeelte worden de instellingen in [Apparaat] onder [Systeeminstellingen] beschreven.

De "Instellingen" gebruiken

Afbeeldingskwaliteit aanpassen/Afdrukactie

Instellingsitems

Omschrijving

Prioriteit bij gelijktijdige opdrachtuitvoering

"Gelijktijdige opdrachtuitvoering" is om het afdrukken van de functie kopieerapparaat uit te stellen met de printerfunctie of van de faxfunctie met de kopieerfunctie. U kunt de afdrukprioriteit opgeven.

  • Toepassing weergegeven op scherm

    Functies op het scherm hebben voorrang.

  • Kop.app./Doc.Serv., Fax, Printer

    De opgegeven functie krijgt de prioriteit. Wanneer de functie Printer of Kopieerapparaat/documentserver prioriteit heeft, wordt het afdrukken van de faxfunctie daarna uitgevoerd.

  • Na elk opgegeven aantal overschakelen

    Wanneer het apparaat de opdracht krijgt om meerdere functies tegelijkertijd af te drukken, schakelt het apparaat de functie om elke 5 vellen af te drukken.

  • Taakvolgorde

    Het afdrukken gebeurt in de volgorde van de taken. De faxfunctie krijgt echter de hoogste prioriteit.

  • Standaardinstelling: [Toepassing weergegeven op scherm]

Functie resettijd

Geef op hoelang het apparaat moet wachten voordat de modi worden gewijzigd bij gebruik van de multi-toegangsfunctie, zoals kopieerapparaat, fax of printer. Wanneer u veel kopieën maakt en de instellingen voor elke kopie moet wijzigen, geeft u een langere resetperiode op en kunt u onderbreking door andere functies voorkomen.

De instelling van Functie resettijd wordt genegeerd als [Na elk opgeg. aant. oversch.] of [Taakvolgorde] is ingesteld voor [Prioriteit bij gelijktijdige opdrachtuitvoering].

  • Standaardinstelling: [Tijd instellen], [3] seconde(n)

ADF originele platformverhoging

(Alleen wanneer de ADF voor dubbelzijdig scannen is geïnstalleerd)

Geef aan wanneer de ADF-plaat moet worden verhoogd nadat originelen op de ADF zijn geplaatst; wanneer het origineel is ingesteld of wanneer de Start-toets wordt ingedrukt.

Wanneer u een grote hoeveelheid originelen verdeeld over in meerdere sets in de ADF plaatst, selecteert u wanneer de Start-toets wordt ingedrukt en kunt u het origineel gemakkelijk plaatsen.

  • Standaardinstelling: [Als org. is geplaatst]

Detectie van dubbele invoer van origineel in ADF

(Alleen wanneer de ADF voor dubbelzijdig scannen en de ADF met de detectieset voor dubbele invoer zijn geïnstalleerd)

Geef hier aan of moet worden gedetecteerd dat gestapelde vellen van een origineel worden ingevoerd voor one-pass duplex scannen op de ADF.

  • Standaardinstelling: [Aan]

Uitloggen tijdens scannen toestaan

Geef aan of uitloggen via het bedieningspaneel is toegestaan tijdens het scannen van het origineel in de kopieerfunctie.

  • Standaardinstelling: [Verbieden]

Instelling ladeverschuiving na herstellen van papierstoring

Geef op of de ladeverschuiving moet worden ingeschakeld als het apparaat het afdrukken hervat na het verwijderen van vastgelopen papier. Deze functie is beschikbaar als de lade is bevestigd.

  • Standaardinstelling: [Lade niet verschuiven]

Inschakelen/Energiespaarstand

Instellingsitems

Omschrijving

Ontwaken uit energiespaarstand voor bedrijfstoepassing

Geef aan of u energiezuinig ontwaken vanuit de slaapstand wilt inschakelen. Als [Aan (energiespaarstand)] wordt geselecteerd, kan dit meer energie besparen voor de functies, zoals adresboek of browser, die de afdrukfunctie of scanfunctie niet gebruiken. Het duurt langer dan normaal om te beginnen met afdrukken of scannen.

  • Standaardinstelling: [Uit]

En.sp.stnd om afdr.server uit te schak.

Geef op of u de energiebespaarmodus wilt inschakelen of uitschakelen wanneer u gebruikmaakt van de USB-apparaatserver. Als het apparaat in de energiespaarstand staat, kunt u niet afdrukken via de USB-apparaatserver.

  • Standaardinstelling: [Energiespaarstand niet verbieden]

Gereed-status na afdrukken

Geef de modus op waarnaar het apparaat terugkeert nadat er documenten tijdens de slaapstand zijn afgedrukt.

  • Standaardinstelling: [Bedieningspaneel uit (energiebesparing)]

Hoofdstroom aan via bediening op afstand

Geef op of de hoofdvoeding van het apparaat moet worden ingeschakeld via de Wake-On-LAN op de computer in een netwerk.

  • Standaardinstelling: [Inactief]

Uitschakelen als netwerkverbinding wordt verbroken

Regio A pictogram(voornamelijk Europa)

Geef aan of er naar de Uit-stand moet worden geschakeld als alle ethernetverbindingen, alle USB 2.0-aansluitingen en het faxverkeer gedurende langer dan twee uur niet zijn verbonden.

  • Standaardinstelling: [Aan]

Opstartmodus van het bedieningspaneel

Geef op welke voorrang heeft, de tijd tot het Home-scherm wordt weergegeven of het energieverbruik. Wanneer u [Normaal] opgeeft, verbruikt het apparaat minder energie maar duurt het langer voordat het scherm wordt weergegeven dan bij [Snel].

  • Standaardinstelling: [Snel]

Herstel door middel van draadloze verbinding

Geef aan of er automatisch vanuit de slaapstand moet worden hersteld wanneer het apparaat vanaf het mobiele apparaat wordt gebruikt.

  • Standaardinstelling: [Inactief]

Stil

Instellingsitems

Omschrijving

ADF-werking: Kopieerapparaat/Documentserver

(Alleen als de ADF geïnstalleerd is)

Geef op welke instelling prioriteit heeft, stilte of productiviteit, wanneer de ADF documenten scant met de functie kopieerapparaat of documentserver.

  • Standaardinstelling: [Stille modus]

Werking van handinvoer

(Alleen bij de IM 5000/6000-serie)

Geef op welke instelling prioriteit heeft, geluidsniveau of productiviteit, als het papier wordt ingevoerd vanuit de handinvoer.

  • Standaardinstelling: [Productieve modus]

Extern apparaat

Instellingsitems

Omschrijving

USB-apparaatlijst registreren/wijzigen

Registreer de Product-ID- en Leverancier ID-informatie voor een IC-kaartlezer als set op de apparatenlijst om het gebruik van USB-apparaten te beperken.

De "Product-ID"- en "Leverancier ID"-informatie voor een USB-apparaat zijn door de fabrikant toegewezen om het individuele apparaat te identificeren. "Leverancier ID"-invoerinstellingen liggen tussen 0x0001 en 0xFFFE en de "Product ID"-invoerinstellingen liggen tussen 0 en 0xFFFF. Er kunnen maximaal tien Product-ID's en Verkoper-ID's worden geregistreerd.

SD-kaartsleuf in bedieningspaneel

Geef aan of de SD-kaartsleuf aan de zijkant van het bedieningspaneel moet worden ingeschakeld.

  • Standaardinstelling: [Actief]

USB-geheugensleuf in bedieningspaneel

Geef aan of de USB-sleuf aan de zijkant van het bedieningspaneel moet worden ingeschakeld.

  • Standaardinstelling: [Actief]

Gebruik van mediasleuven toestaan

Geef [Verbieden] op voor "Opslaan op geheugenopslagapparaat" om te voorkomen dat de gescande gegevens worden opgeslagen op externe media.

Geef [Verbieden] op voor "Afdrukken vanaf geheugenopslagapparaat" om te voorkomen dat documenten die zijn opgeslagen op externe media worden afgedrukt.

  • Standaard

    • Opslaan op geheugenopslagapparaat: [Toestaan]

    • Afdrukken vanaf geheugenopslagapparaat: [Toestaan]

Informatielekken via de mediasleuf voorkomen

Extern toetsenbord

Geef de toetsenindeling van het externe toetsenbord op.

  • Standaardinstelling: [Uit]

@Remote service

Instellingsitems

Omschrijving

Testoproep Service

Voer een testoproep uit naar de Ricoh @Remote center-server (Ricoh-gateway).

Deze functie is beschikbaar wanneer de Ricoh @Remote wordt gebruikt.

Meld status van het apparaat

Stuur bericht over de status van het apparaat naar de Ricoh @Remote center-server (Ricoh-gateway).

Deze functie is beschikbaar wanneer de Ricoh @Remote wordt gebruikt.

Automatische detectie

Geef aan of de statusinformatie van het apparaat moet worden verzameld dat Ricoh @Remote op een netwerk niet ondersteunt en om het samen met de informatie van het apparaat naar de Ricoh @ Remote-server te verzenden. Wanneer u de actieve verzending opgeeft, geeft u de timing en de SNMP-communicatienaam op.

  • Standaardinstelling: [Inactief]

Nieten

Deze instellingsitems worden weergegeven als er een optionele finisher is aangesloten op het apparaat.

Instellingsitems

Omschrijving

Wismarge voor nietloze nietmachine

(Alleen als de Internal Finisher SR3300 of de Finisher SR3260 is geïnstalleerd)

Om te voorkomen dat het nietloze nietje gemakkelijk loskomt, wist u de afbeelding rond de te nieten positie. Schakel deze functie alleen in als u de positie niet kunt aanpassen door de marge op te geven en de afbeelding rond de te nieten positie kan worden gewist.

  • Standaardinstelling: [Uit]

Gekopieerde pagina's inbinden

Bindmethode voor binden zonder nietjes

(Alleen als de Internal Finisher SR3300 of de Finisher SR3260 is geïnstalleerd)

Geef de nietmethode op voor een nietloze nietmachine. U kunt [Enkel] selecteren voor sneller maar minder retentie of [Dubbel] voor betere retentiekwaliteiten.

  • Standaardinstelling: [Dubbel]

Automatisch schakelen tussen nieten/nietloze nietmachine (alleen als de Finisher SR3260 is geïnstalleerd)

Een nietloze nietmachine kan maximaal vijf vellen nieten. Deze functie geeft aan hoe het afgedrukte papier van meer dan zes vellen moet worden geniet wanneer de nietloze nietmachine is opgegeven. U kunt nietloos nieten selecteren voor elke vijf vellen of tot 50 vellen met nietjes nieten.

  • Standaardinstelling: [Uit]

Vouwen/Boekje

Deze instellingsitems worden weergegeven wanneer de optionele interne multivouweenheid is aangesloten op het apparaat.

Instellingsitems

Omschrijving

Z-vouw positie

Pas de vouwpositie (X) voor Z-vouw aan.

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

De breedte van een gevouwen vel kan 17 tot 25 mm langer zijn, afhankelijk van het papierformaat.

  • Standaard

    • Alle papierformaten: [3,0] mm

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

De breedte van een gevouwen vel kan 17 tot 25 mm langer zijn, afhankelijk van het papierformaat.

  • Standaard

    • Alle papierformaten [0,12] inch

Halve vouw positie

Pas de vouwpositie voor Halve vouw (X) aan voor elk papierformaat.

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

De vouwpositie kan met maximaal 10 mm naar binnen of naar buiten worden geschoven.

  • Standaard

    • Alle papierformaten: [0,0] mm

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

De vouwpositie kan met maximaal 0,40 inch naar binnen of naar buiten worden geschoven.

  • Standaard

    • Alle papierformaten [0,00] inch

Briefvouw naar buiten positie 1

Pas de vouwpositie voor Brief naar buiten gevouwen (X) aan voor elk papierformaat.

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

De vouwpositie kan tot 10 mm naar buiten worden geschoven.

  • Standaard

    • Alle papierformaten: [4,5] mm

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

De vouwpositie kan tot 0,40 inch naar buiten worden geschoven.

  • Standaard

    • Alle papierformaten [0,18] inch

Briefvouw naar buiten positie 2

Pas de buitenbreedte (X) van Brief naar buiten gevouwen aan.

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

Zo kan de buitenbreedte tot 4 mm worden ingekort of verlengd ten opzichte van de waarde voor de standaardinstelling voor A3- of A4-papier.

  • Standaard

    • A3: [143,0] mm

    • 11 × 17: [147,0] mm

    • A4: [102,0] mm

    • 81/2 × 14: [121,5] mm

    • 81/2 × 11: [96,0] mm

    • 81/2 × 132/5: [116,5] mm

    • Overige papierformaten: [124,5] mm

Briefvouw naar buiten positie 2

(Vervolgd)

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

Zo kan de buitenbreedte tot 0,16 inch worden ingekort of verlengd ten opzichte van de waarde voor de standaardinstelling voor A3- of A4-papier.

  • Standaard

    • A3: [5,64] inch

    • 11 × 17: [5,80] inch

    • A4: [4,00] inch

    • 81/2 × 14: [4,78] inch

    • 81/2 × 11: [3,76] inch

    • 81/2 × 132/5: [4,58] inch

    • Overige papierformaten: [4,90] inch

Briefvouw naar binnen positie 1

Pas de vouwpositie van Brief naar binnen gevouwen (X) aan voor elk papierformaat wanneer.

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

De vouwpositie kan met maximaal 3 mm naar binnen of naar buiten worden geschoven ten opzichte van de positie van de standaardinstelling.

  • Standaard

    • Alle papierformaten: [6,0] mm

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

De vouwpositie kan met maximaal 0,12 inch naar binnen of naar buiten worden geschoven ten opzichte van de positie van de standaardinstelling.

  • Standaard

    • Alle papierformaten [0,24] inch

Briefvouw naar binnen positie 2

Pas de buitenbreedte (X) voor Brief naar binnen gevouwen aan.

RegionA icon(voornamelijk in Europa en Azië)

Zo kan de buitenbreedte tot 4 mm worden ingekort of verlengd ten opzichte van de waarde voor de standaardinstelling voor A3- of A4-papier.

  • Standaard

    • A3: [143,0] mm

    • 11 × 17: [147,0] mm

    • A4: [102,0] mm

    • 81/2 × 14: [121,5] mm

    • 81/2 × 11: [96,0] mm

    • 81/2 × 132/5: [116,5] mm

    • Overige papierformaten: [124,5] mm

Briefvouw naar binnen positie 2

(Vervolgd)

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

Zo kan de buitenbreedte tot 0,16 inch worden ingekort of verlengd ten opzichte van de waarde voor de standaardinstelling voor A3- of A4-papier.

  • Standaard

    • A3: [5,64] inch

    • 11 × 17: [5,80] inch

    • A4: [4,00] inch

    • 81/2 × 14: [4,78] inch

    • 81/2 × 11: [3,76] inch

    • 81/2 × 132/5: [4,58] inch

    • Overige papierformaten: [4,90] inch

Overige

Instellingsitems

Omschrijving

Centraal beheer

  • Centraal adresboekbeheer

    Dit is de instellingsoptie om de adresboekinformatie tussen apparaten te delen. Apparaten worden opgegeven als een [Beheerserver] en [Beheerde client] en de adresboekinformatie van het serverapparaat wordt met de clientapparaten gedeeld.

    • Beheerserver

      Als u het apparaat wilt gebruiken als Beheerserver, geeft u het wachtwoord voor centraal beheer op in [Wachtwoord voor centraal beheer]. Gebruik dit om de server die als client fungeert op het apparaat op te geven.

    • Beheerde client

      Wanneer u het apparaat als client gebruikt, voert u het IP-adres van de beheerserver, hostnaam en Wachtwoord voor centraal beheer in. Geef ook aan of u inloggen op het apparaat wilt toestaan wanneer het niet met de Beheerserver is verbonden.

    Wanneer u het apparaat als clientapparaat gebruikt, kunt u niet de instellingen in het adresboek van het apparaat opgeven of een beheerder registreren. Geef ze op in het adresboek van het serverapparaat.

    • Standaardinstelling: [Niet centraal beheren]

Centraal beheer (Vervolg)

Opmerking

  • Als [Beheerde client] is opgegeven voor Centraal adresboekbeheer, dan zijn de volgende instellingen niet beschikbaar:

    • [Adresboek][Registreren] / [Groep aanmak.] / [Bewerken] / [Verwijderen]

    • [Adresboek][Beheer][Titel bewerken]

    • [Adresboek][Beheer][Back-up van adresboek maken/herstellen]

    • [Adresboek][Beheer][Alle gegevens uit het adresboek verwijderen]

    • [Systeeminstellingen][Instellingen voor beheerder][Verificatie/Kosten][Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder][Beheerder registreren/wijzigen]

  • Als u ontvangen faxdocumenten doorstuurt tijdens het updaten van het Adresboek via de functie Centaal adresboekbeheer, kan het zijn dat de documenten worden doorgestuurd naar een verkeerde bestemming.

  • Ontvangen faxdocumenten doorsturen naar een andere faxbestemming

  • Opgeven van afleverbestemmingen voor de afzender

Ondersteuningsinstellingen

Geef aan of Help moet worden weergegeven op basis van het weergegeven scherm. Wanneer [Help-functies] is ingesteld op [Aan], wordt de knop [?] rechtsbovenaan in het scherm weergegeven. Wanneer u voor de eerste keer op de knop [?] drukt, kunt u in het begeleidingsscherm selecteren of de online- of de offline-help moet worden weergeven.

  • Standaard

    • Help-functies: [Aan]

    • Begeleidingsscherm weergeven: [Actief]

    • Bij voorkeur online Help weergeven: [Aan]

Compatibele ID

Geef op of u Compatibele ID wilt in- of uitschakelen. Wanneer dit apparaat via USB of een netwerk met de computer is verbonden, geeft u [Inactief] op om te voorkomen dat een printerstuurprogramma automatisch via plug en play wordt geïnstalleerd.

  • Standaardinstelling: [Actief]

Vaste USB-prt

Dit is een instellingsoptie om aan te geven wanneer u dezelfde apparaten gebruikt als dit apparaat. Wanneer u het apparaat via de USB-verbinding als printer gebruikt, hoeft u het printerstuurprogramma niet opnieuw te installeren. Als u deze functie wilt gebruiken, geeft u [Niveau 1] op.

  • Standaardinstelling: [Uit]

Stopknop om afdruktaak uit te stellen

Geef het bereik aan om te stoppen door op [Stoppen] te drukken.

  • Alle taken

    Door op [Stoppen] te drukken, wordt de dialoog weergegeven om alle taken te stoppen.

    Als de dialoog wordt weergegeven, worden nieuw ontvangen taken nog niet afgedrukt waardoor het mogelijk is afdruktaken te stoppen net nadat ze vanaf de computer verstuurd zijn.

  • Taken die wrdn uitgevrd

    Stopt alle taken van het apparaat. Taken ontvangen nadat er op [Stoppen] is gedrukt, worden niet gestopt.

  • Alleen huidige taak

    Stop de taken voor de functies die worden weergegeven op het bedieningspaneel.

  • Standaardinstelling: [Alle taken]

Apparaat op afstand registreren/wijzigen/verwijderen

Pictogram RegioA (voornamelijk Azië)

RegionB icon(voornamelijk in Noord-Amerika)

U kunt dit apparaat met maximaal zes andere faxapparaten verbinden. Geef de IP-adressen en hostnamen op van de gekoppelde apparaten.

Overzicht van de functie Fax op afstand