GebruikershandleidingPro C5300S/C5310S

Als het resultaat van kopieën niet is zoals verwacht

Opmerking

  • Druk bij het controleren of wijzigen van de instellingen in [Instellingen] op [Home] (Illustratie van het scherm van het bedieningspaneel) na het sluiten van [Instellingen].

Wanneer het apparaat niet functioneert zoals verwacht

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

Het aantal kopieën kan niet worden gespecificeerd.

Er is een aantal dat groter is dan het [Maximaal aantal kopieën] gespecificeerd.

  • Kopieer in verschillende batches.

  • U kunt het maximumaantal kopieën die per keer kunnen worden gemaakt, wijzigen in [Gebruikerstools][Kopieerapparaat/Document Server eigenschappen][Overige][Aantal][Maximaal aantal kopieën].

Er werd een kopie gemaakt op een papierformaat anders dan het origineel of de gekopieerde afbeelding is bijgesneden omdat de richting van het origineel en de gekopieerde afbeelding niet overeenstemmen als [Autom. pap.sel.] is gespecificeerd.

Het origineel werd in een foute positie op de glasplaat geplaatst.

Plaats het origineel op de juiste manier.

Een origineel op de glasplaat plaatsen

De sensor werkte niet naar behoren wanneer het origineel in de ADF werd geplaatst.

Controleer of de sensor niet vuil is of geblokkeerd wordt door een voorwerp.

Een origineel in de automatische documentinvoer (ADF) plaatsen

Het apparaat werkte tijdelijk niet naar behoren.

Zet het apparaat uit, wacht gedurende 10 seconden of meer na bevestiging dat de aan/uit-indicator uit is, en zet het apparaat opnieuw aan.

De stroom in-/uitschakelen

De uitgevoerde pagina's zijn op een onjuist punt gescheiden bij het sorteren.

Het geheugen kwam vol tijdens het sorteren en de uitvoer werd gesplitst.

Specificeer om te stoppen met kopiëren als het geheugen vol is [Uit] op het tabblad [Gebruikerstools][Kopieerapparaat/Document Server eigenschappen][Afwerking][Sorteren] op het tabblad [Automatisch opnieuw scannen als geheugen vol is].

Papier zit vast tijdens afdrukken.

Er is ander papier dan het aanbevolen papier gebruikt.

Gebruik papier dat geschikt is voor dit apparaat.

Het papier werd niet juist op het apparaat geplaatst.

Raadpleeg de opties die moeten worden gecontroleerd wanneer er vaak een papierstoring optreedt, en controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst.

Als het papier of een origineel is geblokkeerd.

Wanneer u afdrukt met de handinvoerlade, wordt het papierformaat en -type niet correct opgegeven in het printerstuurprogramma.

Controleer of het papierformaat en -type correct zijn opgegeven.

Als het uitvoerpapier niet wordt uitgeworpen zoals verwacht

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

Het papier verkreukeld.

Het papier is te dun.

Gebruik papier dat geschikt is voor dit apparaat.

Het papier is te vochtig.

Gebruik papier dat werd bewaard in een droge omgeving.

Het papier werd niet juist op het apparaat geplaatst.

Raadpleeg de opties die moeten worden gecontroleerd wanneer er vaak een papierstoring optreedt, en controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst.

Als het papier of een origineel is geblokkeerd.

De rand van het papier kan plooien.

Er is ander papier dan het aanbevolen papier gebruikt.

Gebruik papier dat geschikt is voor dit apparaat.

Het papier is te vochtig.

Gebruik papier dat werd bewaard in een droge omgeving.

Het papier werd niet juist op het apparaat geplaatst.

Raadpleeg de opties die moeten worden gecontroleerd wanneer er vaak een papierstoring optreedt, en controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst.

Als het papier of een origineel is geblokkeerd.

De uitgeworpen pagina's zijn niet uitgelijnd.

Het papier werd niet juist op het apparaat geplaatst.

Raadpleeg de opties die moeten worden gecontroleerd wanneer er vaak een papierstoring optreedt, en controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst.

Als het papier of een origineel is geblokkeerd.

Het papier is te vochtig.

Gebruik papier dat werd bewaard in een droge omgeving.

Er wordt meer dan één vel tegelijkertijd uitgeworpen (multi-vel voeding).

De vellen papier kleven te veel aaneen.

Waaier de vellen grondig los vooraleer ze te laden in de papierlade.

Het papierformaat wordt niet op de juiste manier gedetecteerd in de tussenlade.

De zijgeleiders kunnen zijn verplaatst nadat de bodemplaat is opgetild.

Na het plaatsen van het papier beweegt de lade automatisch. Voordat dit gebeurt, dient u de zij- en de eindgeleiders af te stellen. Stel indien nodig de zijgeleiders bij.

"Papierstoring (J432)" vindt plaats in de tussenlade.

De papiergeleiders van de dubbele tussenlade zijn mogelijk niet op de juiste manier gesloten.

Sluit de papiergeleiders op de juiste manier.

Voor meer informatie over het sluiten van de papiergeleiders bekijkt u de video die wordt vertoond op het bedieningspaneel van het apparaat.

Als dubbelzijdig afdrukken of pagina's bewerken niet wordt uitgevoerd zoals verwacht

Controleer, naast de individuele oplossing, het formaat van het origineel en hoe het origineel op het apparaat is geplaatst.

Een origineel op de glasplaat plaatsen

Een origineel in de automatische documentinvoer (ADF) plaatsen

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

De gekopieerde afbeelding is niet afgedrukt op de uitvoervellen zoals verwacht.

Het origineel is in de verkeerde richting geplaatst.

Specificeer de instelling in [Origineelinstelling][Origineelrichting] opnieuw.

De gekopieerde pagina's worden afgedrukt in de richting Boven naar Onder als [Openen naar Rechts/Links] is gespecificeerd, of worden afgedrukt in de richting Openen naar Rechts/Links als [Naar boven openen] is gespecificeerd.

Het origineel werd in een foute richting geplaatst.

Controleer Origineel Richting en Origineelinstelling in [Dubbelzijdig/Combineren][Dubbelzijdig/Combineren], en plaats het origineel opnieuw.

Dubbelzijdig kopiëren

Afbeeldingen zijn bijgesneden of marges werden onverwacht toegevoegd in [Combineren].

[Kopieerverhouding] en papierformaat zijn onjuist gecombineerd voor het originele formaat.

Geef [Kop.verhouding][Aanp. aan papier] op.

De gekopieerde afbeelding is bijgesneden in [Midden/Rand wissen].

De gespecificeerde breedte is te groot.

Specificeer een smallere breedte om te wissen in [Bewerken/Kleur][Midden/Rand wissen].

De gekopieerde afbeelding wordt bijgesneden als [Marge-aanpassing] is gespecificeerd.

De gespecificeerde breedte is te groot of de marge van de rand tegenover de bindrand is te smal.

Specificeer een smallere breedte in [Bewerken/Kleur][Marge aanpassing].

De afbeelding wordt bijgesneden in [Kopieerverhouding].

De afbeelding werd 90 graden gedraaid gekopieerd voor het gespecificeerde formaat van het origineel en het papierformaat.

Geef [Kop.verhouding][Aanp. aan papier] op.

De uitvoerpagina's gevouwen in de [Boekje] or [Tijdschrift] instellingen worden niet uitgeworpen in boekvorm.

De combinatie van het origineel en de richting van de opening is onjuist.

Geef de richting van de opening op op het tabblad [Gebruikerstools][Kopieerapparaat/Document Server eigenschappen][Dubbelzijdig/Kopiëren][Boek][Richting: Boekje, Tijdschrift].

Dubbelzijdig/Combineren

Het papier of de lade die u wilt gebruiken kan niet worden geselecteerd in dubbelzijdig afdrukken.

Het gespecificeerde papier is te dik of te dun.

Controleer of het papier wordt ondersteund voor dubbelzijdig afdrukken en laad het papier in de lade.

Lijst met specificaties voor standaardfuncties

Het Papiertype dat niet wordt ondersteund in dubbelzijdig afdrukken is gespecificeerd op de papierlade die gebruikt moet worden of het papier is niet gespecificeerd als het doel voor dubbelzijdig afdrukken in [Lade-/papierinstellingen].

Controleer "Papiertype" en "Dubbelzijdig toepassen" in [Instell. papierlade][Papierformaat/Papiertype].

De pagina's werden niet in de verwachte volgorde gekopieerd in dubbelzijdig of gecombineerd afdrukken.

Het origineel is in een foute richting geplaatst.

  • Plaats, bij het plaatsen van het origineel op de ADF, het met de bovenste rand bovenaan.

  • Plaats, bij het plaatsen van het origineel op de glasplaat, het vanaf de eerste pagina.

De achterkant wordt niet afgedrukt bij dubbelzijdig afdrukken.

Het papierformaat is op een onjuiste manier opgegeven.

Controleer of het papierformaat en de instelling in [Lade-/papierinstellingen] overeenkomen.

Papier in de papierlade plaatsen

Als het resultaat van de afgewerkte pagina niet is zoals verwacht

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

De uitgevoerde pagina's zijn niet geniet.

Een nietje is geblokkeerd.

Verwijder het geblokkeerde nietje.

Als er een nietje vastzit

De nietcartridge is niet juist ingesteld.

Plaats de cartridge opnieuw.

De nietjes bijvullen

Het papier is geplooid.

Herstel de plooi voor het laden van het papier in de lade. Als het papier dubbelzijdig afdrukken ondersteunt, waaier het papier dan grondig uit elkaar en draai het om.

De uitgevoerde pagina's zijn niet op de gespecificeerde plaats geniet.

Het origineel is ingesteld in een richting die niet overeenstemt met de gespecificeerde plaats voor het nieten.

Geef nogmaals de afdrukrichting van het origineel op.

Gekopieerde pagina's nieten

Het papier komt niet in de uitvoerlade terecht na het nieten van de uitgevoerde pagina's.

De pagina's die nog niet zijn geniet, blijven in het apparaat als het kopiëren wordt geannuleerd tijdens het nieten.

Druk op [Resetten] en verwijder het resterende papier in de nieteenheid.

Uitgevoerd papier in de uitvoerlade van de stapeleenheid wordt niet juist uitgelijnd.

  • Het papier is gekruld.

  • Als er gecoat papier gebruikt wordt, kan het voorkomen dat het uitgevoerde papier in de uitvoerlade van de stapeleenheid niet juist uitgelijnd wordt.

  • Wanneer het papier omlaag is gekruld, selecteert u [Correctieniveau bolle krul: Klein] of [Correctieniveau bolle krul: Groot] onder [Papierkrul in uitvoer corrigeren] in "Aanpassingsinstellingen voor operators".

  • Wanneer het papier omhoog is gekruld, selecteert u [Correctieniveau holle krul: Klein] of [Correctieniveau holle krul: Groot] onder [Papierkrul in uitvoer corrigeren] in "Aanpassingsinstellingen voor operators".

Algemene instellingen/Overige

Uitgevoerd papier in de uitvoerlade van de stapeleenheid wordt niet juist uitgelijnd.

Als het papier 280,0 g/m2 of meer weegt en het papierformaat is A3, SRA3 of groter, kan het voorkomen dat het uitgevoerde papier in de uitvoerlade van de stapeleenheid niet juist uitgelijnd wordt.

Selecteer [Correctieniveau bolle krul: Klein] of [Correctieniveau bolle krul: Groot] onder [Papierkrul in uitvoer corrigeren] in "Aanpassingsinstellingen voor operators".

Algemene instellingen/Overige

Kreuken ontstaan wanneer Venstervouw, Briefvouw naar binnen of Briefvouw naar buiten wordt toegepast.

Het papier kreukelt wanneer de optie Venstervouw, Briefvouw naar binnen of Briefvouw naar buiten wordt toegepast op B4 JIS (Japanse Industriële norm)Liggend, A3Liggend, 8 1/2x 14 inchLiggend, 11 x 17 inchLiggend, 12 x 18 inchLiggend, 8KLiggend of papier van een groter formaat.

Wanneer Venstervouw, Briefvouw naar binnen of Briefvouw naar buiten wordt gebruikt met een papierformaat groter dan A4, raden wij u aan om afbeeldingsverkleining toe te passen en papier te gebruiken dat niet groter is dan A4Liggend.

Bij het afdrukken op Z-gevouwen papier geeft het apparaat aan dat de uitvoerlade vol is, terwijl de hoeveelheid uitgevoerd papier op de lade veel minder is dan de maximale stapelcapaciteit.

De Z-vouw ondersteuningslade is niet bevestigd.

Bevestig de Z-vouw ondersteuningslade voor de finisher of multivouweenheid.

Lijst met specificaties voor externe opties

Papier komt met gekreukelde randen uit de multivouweenheid wanneer de optie Venstervouw is geselecteerd.

Het papier is omgekruld.

  • Verwijder het papier en leg het dan ondersteboven terug.

  • Verwijder het papier en leg het in tegenovergestelde richting terug.

De positie van de vouw is onjuist wanneer Briefvouw naar binnen wordt gebruikt met papier van B5 JIS-formaat.

Multi-velvouw is opgegeven terwijl er slechts één vel wordt afgedrukt.

  • Selecteer [Briefvouw naar binnen] in [Uitvoer/Aangepaste functie/Finisher] op het beginscherm van het kopieerapparaat onder [Vouweenheid]. Druk op [Wijzigen] en stel vervolgens "Multi-velvouw" in op [Uit].

    Boekje/Tijdschrift

  • Als u de printerfunctie gebruikt, wijzig de instellingen voor 'Briefvouw naar binnen' van het printerstuurprogramma dan zodat Multi-velvouw niet is opgegeven.

Wanneer de functie Connect copy gebruikt wordt

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

“Verbinding met subapparaat mislukt. Controleer de status van het subapparaat.”

Het -pictogram brandt.

De harde schijf van het subapparaat werkt niet correct.

Druk op[Afsluiten] op het hoofdapparaat en volg de instructies op het display.

“Verbinding met subapparaat mislukt. Controleer de status van het subapparaat.”

Er heeft zich een nietjes- of papierstoring voorgedaan in het subapparaat of de toner of andere verbruiksproducten moeten worden vervangen.

Volg de aanwijzingen op.

De toner vervangen

Voorzorgsmaatregelen bij het verwijderen van vastgelopen papier

Als er een nietje vastzit

Als het display van het subapparaat meldt dat een paneel open staat, volg dan de instructies die verschijnen.

“Verbinding met subapparaat mislukt. Controleer de status van het subapparaat.”

Het Gebruikersinstellingen-menu van het subapparaat is geopend.

Druk op [Gebruikerstools] om het menu Gebruikerstools te sluiten.

“Kan niet afdrukken vanaf subapparaat. Subapparaat zal worden losgekoppeld.”

Het subapparaat is gestopt ten gevolge van een stroomonderbreking of een communicatiefout.

Kopieer verder met behulp van het hoofdapparaat.

“Vouw is beschikb. als Sorteermodus is geselect. in Connect Copy.”

Sorteren is niet met vouw geselecteerd.

Selecteer de functie Sorteren.

“Geen stempelgegevens in subapparaat.”

De stempelgegevens in het subapparaat zijn gewist.

Programmeer opnieuw de stempelgegevens in het subapparaat.

“Subapparaat heeft niet dezelfde papierinstelling(en).”

Het papiertype of de lade-instellingen van de beide apparaten komen niet overeen.

Voer dezelfde instellingen in op beide apparaten.

“Het subapparaat staat in Onderbreken-modus.”

Het subapparaat staat in de modus Onderbreken.

Druk op [Onderbreken] op het subapparaat om de onderbrekingsmodus te annuleren.

“De papierinstellingen van het subapparaat moeten dezelfde zijn, om deze lade te gebruiken.”

De lade-instellingen van de beide apparaten stemmen niet overeen.

Voer dezelfde instellingen in op beide apparaten.

“De Kaft-instellingen van subapparaat zijn verschillend van hoofdapparaat.”

De Kaft-instellingen in de beide apparaten komen niet overeen.

Voer dezelfde instellingen in op beide apparaten.

“De Tuss.voegveln-instell. van subapparaat zijn verschillend van hoofdapparaat.”

("n" in het bericht staat voor een variabel nummer.)

De instellingen voor de tussenvoegvellen in beide apparaten stemmen niet overeen.

Voer dezelfde instellingen in op beide apparaten.

“De Tussenblad-instellingen van subapparaat zijn verschillend van hoofdapparaat.”

De instellingen voor Tussenbladen van beide apparaten stemmen niet overeen.

Voer dezelfde instellingen in op beide apparaten.

Connect Copy

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

U kunt niet nieten, perforeren of vouwen.

Dezelfde optie is niet geïnstalleerd op het hoofd- en het subapparaat.

Druk op [Connect copy] om Connect copy uit te schakelen.

U krijgt verschillende kopieerresultaten van het hoofdapparaat en de subapparaten.

De instelling voor Kopieerkwaliteit is verschillend op de beide apparaten.

Selecteer op het bedieningspaneel [Bewerken / Kleur]. Selecteer [Kleur] in [Bewerken / Kleur] en dan stelt u voor de beide apparaten dezelfde instellingen in.

Als u Connect copy niet kunt gebruiken

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

[Connect copy] verschijnt niet op het scherm.

De stroom van het subapparaat is uitgeschakeld.

Schakel de stroom van het subapparaat in.

[Connect copy] verschijnt niet op het scherm.

Functies die u niet kunt selecteren onder Connect copy kunt u op het hoofdapparaat selecteren (bijv. kopiëren of opslaan van de voorpagina van een document in de Document Server).

Annuleer de functies die geselecteerd zijn op het hoofdapparaat.

[Connect copy] verschijnt niet op het scherm.

Het hoofdapparaat staat in de modus Onderbreken.

Druk op [Onderbreken] op het hoofdapparaat om de Onderbrekingsmodus te annuleren.

[Connect copy] verschijnt niet op het scherm.

De instelling [Toetsweergave Connect copy] staat uit.

Selecteer [Aan] voor de instelling van [Toetsweergave Connect copy].

[Connect copy] verschijnt niet op het scherm.

De kabel die de beide apparaten verbindt is beschadigd.

Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.

[Connect copy] verschijnt niet op het scherm.

Het -pictogram brandt.

Volg de aanwijzingen op.

[Connect copy] verschijnt gedimd.

Functies die niet kunnen gebruikt worden met Connect copy werden ingesteld.

Druk op [Resetten] om de instellingen te wissen.

Als Connect copy wordt geannuleerd

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

Het apparaat annuleert [Connect copy].

De stroom van het hoofdapparaat staat uit of er is op [Timer Energiebesparing] gedrukt.

Zet de hoofdstroom van het apparaat aan of druk op [Timer Energiebesparing] en druk vervolgens op [Connect copy].

Het apparaat annuleert [Connect copy].

De stroom van het subapparaat is uitgeschakeld.

Een boodschap die u vertelt het subapparaat te controleren, verschijnt op het display van het hoofdapparaat. Klik op [Annuleren] om Connect Copy te wissen. Zet de hoofdstroom van het subapparaat aan, klik op [Connect Copy] en stel uw instellingen opnieuw in.

Het apparaat annuleert [Connect copy].

De instelling Wekelijkse timer treedt in werking op het hoofdapparaat.

Druk op [Spaarstand] op het hoofdapparaat en vervolgens op [Connect copy].

Timer

Een foutmelding meldt dat het hoofdapparaat defect is.

Het -pictogram brandt.

Kopiëren is niet mogelijk. Volg de aanwijzingen op.

Als u Connect copy niet kunt afsluiten

Situatie

Oorzaak

Oplossing en verwijzing

Er gebeurt niets wanneer u op [Connect copy] drukt.

Een scanproces is aan de gang.

Druk op [Stoppen] op het hoofdapparaat en druk dan op [Stoppen].

Er gebeurt niets wanneer u op [Connect copy] drukt.

Een kopieerproces is aan de gang.

Druk op [Stoppen] op het hoofdapparaat en druk dan op [Stoppen].

Er gebeurt niets wanneer u op [Connect copy] drukt.

Er heeft zich een papierstoring voorgedaan in het hoofdapparaat of in het subapparaat.

Er gebeurt niets wanneer u op [Connect copy] drukt.

Er is op [Stoppen] op het hoofdapparaat gedrukt.

Als u Connect copy wilt annuleren, drukt u op [Stoppen] op het hoofdapparaat, volgt u de instructies op het scherm om het kopiëren stop te zetten en drukt u op [Connect copy] om te annuleren.

Er gebeurt niets wanneer u op [Connect copy] drukt.

De toner of andere verbruiksproducten moeten vervangen worden, hetzij in het hoofdapparaat, hetzij in het subapparaat.