Direct afdrukken
Het is mogelijk documenten rechtstreeks vanaf een clientcomputer af te drukken door middel van opdrachten als lpr en ftp.
Voorbeeld (hier wordt de opdracht "ftp" gebruikt):
ftp> put tiff-filename
Voorbeeld (hier wordt de opdracht "ftp" gebruikt en de afdrukopties opgegeven):
ftp> put tiff-filename,filetype=RTF,copies=3
Voor meer informatie over de afdrukopdrachten, zie "Apparaatcontrole" op onze website.
Controleer de instelling van [Printertaal] in [Instellingen] van dit apparaat voordat u afdrukgegevens gaat verzenden.
De optie Printertaal
Als [Printertaal] onder [Printereigenschappen] is ingesteld op [Automatisch], zal de printer de printertaal automatisch selecteren aan de hand van de afdrukgegevens.
Als [Printertaal] is ingesteld op een andere instelling dan [Automatisch], zal er een fout optreden als de afdrukgegevens en de instelling [Printertaal] niet overeenkomen. Om de gegevens juist af te drukken, gebruikt u het bedieningspaneel van het apparaat of de opdrachten voor het veranderen van printertaal om de optie [Printertaal] juist in te stellen.
Voor informatie over het wijzigen van de [Printertaal] via het bedieningspaneel, zie Een printertaal opgeven.
Voor informatie over de opdracht om tussen printertalen te schakelen, zie Opdracht om tussen printertalen te schakelen (RP-GL/2) of Opdracht om tussen printertalen te schakelen (RTIFF).
De afdrukinstellingen
U kunt de afdrukinstellingen configureren met het bedieningspaneel van het apparaat of met de opdrachten voor het opgeven van afdrukopties.
Als u de afdrukinstellingen wilt configureren op het bedieningspaneel, opent u het scherm [Instellingen] en selecteert u [RPGL-menu] of [RTIFF-menu] bij [Printereigenschappen]. Voor informatie over de afdrukinstellingen, zie Het RPGL-menu configureren of Het menu RTIFF configureren. Voor informatie over de specificatieopdrachten voor afdrukopties, zie Specificatieopdracht van afdrukoptie (RP-GL/2) of Specificatieopdracht van afdrukoptie (RTIFF).