De opdrachten opgeven
Opdracht om tussen printertalen te schakelen (RP-GL/2)
U kunt tussen printertalen schakelen op het apparaat door de opdracht te gebruiken om tussen printertalen te schakelen. Voer bij RP-GL/2 deze opdracht in de volgende indeling in, direct voor of na de naam van het RP-GL/2- of CALS-bestand.
Indeling in ESC-reeks:
ESC DC2 ! {p} @ CODE-ID ESC SP
<Voorbeeld: om naar RP-GL/2 over te schakelen>
ESC DC2 ! -1 @ GL2 ESC SP
Indeling in hexadecimale code:
1B 12 21 {p} 40 CODE-ID 1B 20
<Voorbeeld: om naar RP-GL/2 over te schakelen>
1B 12 21 2D 31 40 47 4C 32 1B 20
Parameter | Waarde | Omschrijving |
|---|---|---|
p | -1 | Schakelt naar de printertaal die door CODE-ID is opgegeven |
CODE-ID | RGL GL2 RTF RPS | De opgegeven waarden en de daarmee overeenkomende printertalen zijn als volgt:
|
Specificatieopdracht van afdrukoptie (RP-GL/2)
U kunt afdrukopties opgeven door de specificatieopdracht van afdrukopties te gebruiken. Voer de specificatieopdracht in de volgende indeling in, direct voor of na de naam van het HP-GL- of HP-GL/2-bestand.
Schakel de printertaal van het apparaat over naar RP-GL/2 voordat u deze opdracht opgeeft.
Indeling in ESC-reeks:
ESC DC2 ? z {, option { = value}} {, option { = value}} . . . {, option { = value}} ESC SP
ESC DC2 ? z, emlqty=10 ESC SP
Indeling in hexadecimale code:
1B 12 3F 7A {2C option {3D value}} {2C option {3D value}} . . . {2C option {3D value}} 1B 20
1B 12 3F 7A 2C 65 6D 6C 71 74 79 3D 31 30 1B 20
Parameter | Waarde | Omschrijving |
|---|---|---|
optie | Tekstreeks voor de naam van de afdrukoptie | Geeft een afdrukoptie aan |
optie | Als de reeks wordt weggelaten | De waarde die met deze parameter overeenkomt, wordt genegeerd. |
Als u een niet-ondersteunde waarde opgeeft, wordt de waarde die met deze parameter overeenkomt, genegeerd.
U kunt het aantal paren voor deze parameter en de daarmee overeenkomende waarde opeenvolgend opgeven. Maar als de ingevoerde opdracht meer dan één paar bevat dat dezelfde parameter en waarde opgeven, wordt alleen het laatst opgegeven paar toegepast.
Parameter | Waarde | Omschrijving |
|---|---|---|
waarde | Tekstreeks van de waarde die voor de afdrukoptie is opgegeven | Geeft een afdrukoptie aan |
Als u een niet-ondersteunde waarde opgeeft, wordt de optie die met deze parameter overeenkomt, genegeerd.

De maximale lengte voor tekenreeksen die ingevoerd kunnen worden, is 1023 bytes.
De ingevoerde opdracht blijft van kracht voor alle ontvangen afdrukgegevens totdat:
De printertaal wordt omgeschakeld.
Er een nieuwe specificatieopdracht voor de afdrukoptie wordt ontvangen.
Lijst van specificatieopdrachten voor afdrukopties
U kunt afdrukopties opgeven door de specificatieopdracht van afdrukopties te gebruiken. De specificatieopdrachten voor afdrukopties die u kunt opgeven om de optionele functies te gebruiken, zijn als volgt:
Naam afdrukoptie | Waarde | Omschrijving |
|---|---|---|
emlqty | sorteerhoeveelheid (1-999) | Geeft de sorteerhoeveelheid aan |
emlimagedirection | omgekeerd, normaal | Draait afbeeldingen op het papier met 180 graden |
emlusercode | gebruikerscode | Geeft een gebruikerscode op |