Weergegeven meldingen als u de faxfunctie gebruikt
Meldingen | Oorzaak | Oplossing |
|---|---|---|
“Kan het specifieke pad niet vinden. Controleer a.u.b de instellingen.” | De naam van de computer of map die als bestemming is opgegeven, is verkeerd. | Controleer of de computernaam en de mapnaam voor de bestemming correct zijn. |
“Fout opgetreden, verzending geannuleerd.” |
| Druk op [Afsluit.] en verstuur de documenten nogmaals. |
“Er is een functioneel probleem opgetreden. Stop verwerking” | De stroom werd uitgeschakeld terwijl het apparaat een document via internetfax aan het ontvangen was. | Zelfs als u de stroom onmiddellijk weer aanzet, afhankelijk van de mailserver, is het apparaat misschien niet in staat om verder te gaan met het ontvangen van de internetfax als de time-outperiode niet verlopen is. Wacht totdat de time-outperiode van de mailserver verlopen is en ga dan weer verder met het ontvangen van de internetfax. Neem contact op met uw beheerder voor meer informatie over het ontvangen van internetfaxen. |
“Functionele problemen in fax . Gegevens worden geïnitialiseerd.” | Er is een probleem met de fax. | Noteer het codenummer dat op het scherm wordt afgebeeld en neem contact op met uw leverancier. De andere apparaatfuncties kunnen worden gebruikt. |
“Geheugen is vol. Kan niet meer scannen. Verzenden wordt gestopt.” | Het geheugen is vol. | Als u op [Afsluiten] drukt, dan keert het apparaat terug in de standby-modus en start het met het verzenden van de opgeslagen pagina's. Controleer op het communicatie-resultatenrapport welke pagina's niet zijn verzonden en verstuur deze pagina's opnieuw. |
“Plaats origineel opnieuw, controleer het en druk op [Start].” | Er is een origineel vastgelopen tijdens Geheugenverzending. | Druk op [Afsluit.] en verstuur de documenten nogmaals. |
“Sommige pagina's zijn bijna leeg.” | De eerste pagina van het document is bijna blanco. | De blanco zijde van het origineel is mogelijk gescand. Controleer of u uw originelen juist geplaatst heeft. Voor meer informatie over de oorzaak van blanco pagina's, zie Faxen. |
Meldingen | Oorzaak | Oplossing |
|---|---|---|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-10] | Het alternatieve telefoonnummer dat u heeft ingevoerd is al geregistreerd op de gatekeeper van een ander apparaat. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-11] | Kan geen toegang krijgen tot de gatekeeper. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-17] | Registratie van gebruikersnaam wordt geweigerd door SIP-server. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-18] | Kan geen toegang krijgen tot de SIP-server. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-24] | Het geregistreerde wachtwoord voor de SIP-server komt niet overeen met het wachtwoord dat is geregistreerd voor dit apparaat. | Neem voor meer informatie over netwerkproblemen contact op met uw beheerder. |
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-25] | In [Effectief protocol] is het IP-adres niet geautoriseerd of is een onjuist IP-adres geregistreerd. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [13-26] | De instellingen van "Effectief protocol" en "SIP Server IP-adres" zijn verschillend of er is een onjuist IP-adres geregistreerd. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [14-01] | De DNS-server, SMTP-server of map voor doorzenden is niet gevonden, of de bestemming voor de Internetfax rondom (niet via) de SMTP-server kan niet worden gevonden. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [14-09] | E-mailverzending is geweigerd door SMTP-verificatie, POP voor SMTP-verificatie of log-in-verificatie van de computer waarin de map voor verzending is opgegeven. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [14-33] | E-mailadressen voor het apparaat en de beheerder zijn niet geregistreerd. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [15-01] | Er is geen POP3/IMAP4-serveradres geregistreerd. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [15-02] | Er kan niet ingelogd worden in de POP3/IMAP4-server. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [15-03] | Er is geen e-mailadres van het apparaat opgegeven. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [15-11] | De DNS-server of POP3/IMAP4-server wordt niet gevonden. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [15-12] | Er kan niet ingelogd worden in de POP3/IMAP4-server. |
|
“Controleer of er netwerkproblemen zijn.” [16-00] |
|
|
Meldingen | Oorzaak | Oplossing |
|---|---|---|
“Verificatie met app. op afstand is mislukt. Controleer verificatie-instellingen apparaat op afstand.” | Gebruikersverificatie op het hoofdapparaat is mislukt. | Voor meer informatie over gebruikersverificatie, zie de Veiligheid. |
“Verificatie met app. op afstand is mislukt. Controleer verificatie-instellingen apparaat op afstand.” | Gebruikercodeverificatie is ingesteld op het apparaat dat is verbonden via de externe faxfunctie. | De functie voor faxen op afstand biedt geen ondersteuning voor Gebruikercodeverificatie. Schakel Gebruikercodeverificatie uit op het hoofdapparaat. |
“Verificatie met app. op afstand is mislukt. Controleer verificatie-instellingen apparaat op afstand.” | De gebruiker heeft geen rechten om de functie te gebruiken op het hoofdapparaat. | Voor meer informatie over het instellen van rechten, zie Beveiliging. |
“Verbinding maken met apparaat op afstand is mislukt. Controleer status van app. op afstand.” | Er is een netwerkfout opgetreden tijdens het versturen van een fax op afstand. |
|
“Verbinding maken met apparaat op afstand is mislukt. Controleer status van app. op afstand.” | De hoofdstroom van het apparaat staat uit. | Zet de hoofdstroom van het apparaat aan. |
“Verbinding maken met apparaat op afstand is mislukt. Controleer status van app. op afstand.” | Er is een time-out opgetreden tijdens de verbinding met het externe apparaat. |
|
“Verbind. met extern app. is mislukt. Er is een probleem met de structuur van het externe apparaat. Contact de beheerder.” | De instellingen of apparaatconfiguraties voor gebruik van de externe fax om verbinding te maken met het hoofdapparaat zijn onjuist. | Neem contact op met de beheerder voor meer informatie over de instellingen en apparaatconfiguraties voor gebruik van de faxfunctie op afstand om verbinding te maken met een hoofdapparaat. |
“Er is een verzendfout opgetreden. Controleer de status van het apparaat op afstand.” | Er is een netwerkfout opgetreden tijdens verzending. |
|
“De HDD van het apparaat op afstand is vol.” | De harde schijf is vol geraakt na gebruik van faxen op afstand door het scannen van het origineel. | Verwijder onnodige bestanden. |
![]()
Instellingen kunnen worden bevestigd in [Systeeminstellingen] of [Faxeigenschappen] op het besturingspaneel kunnen ook worden bevestigd met behulp van een internetbrowser op een op een netwerk aangesloten computer. (Gebruik Web Image Monitor, die op het apparaat is geïnstalleerd.) Voor meer informatie voor het weergeven van Web Image Monitor, zie Instellingen. Voor meer informatie over het gebruik van Web Image Monitor, zie de Help-functie van Web Image Monitor.
Als er zich geen papier meer in de papierlade bevindt, wordt het bericht “Er is geen papier. Plaats papier.” op het scherm weergegeven waarin u gevraagd wordt papier te plaatsen. Als er nog papier in de andere laden ligt, kunt u documenten op de gebruikelijke wijze ontvangen, zelfs als het bericht op het scherm wordt weergegeven. U kunt deze functie in- of uitschakelen met "Parameterinstellingen". Voor meer informatie hierover, zie Faxen.
Wanneer het JPEG-/PDF-bestand in de bijlage van een e-mail naar het apparaat wordt verzonden, controleert u het bericht en lost u het probleem dienovereenkomstig op. Voor informatie over berichten, zie Weergegeven meldingen op het bedieningspaneel als u de printerfunctie gebruikt en Meldingen die in foutenlogboeken of -rapporten worden afgedrukt als u de printerfunctie gebruikt.
Als “Controleer of er netwerk- problemen zijn.” wordt weergegeven, is het apparaat niet correct met het netwerk verbonden of zijn de instellingen van het apparaat niet correct. Als u geen netwerkverbinding nodig heeft, kunt u instellen dat dit bericht niet meer wordt weergegeven. [Check Status] brandt hierna niet meer. Voor meer informatie hierover, zie Faxen. Als u het apparaat opnieuw met het netwerk gaat verbinden, moet u ervoor zorgen dat u het display (weergave) instelt door de juiste gebruikerparameter te configureren.