Voorbereiding op het gebruik van de WSD-scanner (ophaaltype)
WSD-scanner (ophaaltype)
Daarmee kunt u via het netwerk scanverzoeken naar dit apparaat sturen vanaf een clientcomputer. Om een scantaak te starten, stuurt u een scanverzoek vanaf een clientcomputer.
Uw computer
Geef het apparaat de opdracht om het origineel dat in het apparaat is geplaatst, te scannen.
Windows 7 of hoger en Windows Server 2008 of hoger ondersteunen WSD-functies.
Dit apparaat
Het origineel dat in het apparaat is geplaatst, is gescand en de gegevens zijn verzonden naar de clientcomputer.
Als u scanbestanden met behulp van WSD wilt verzenden, moet u eerst het volgende doen:
WSD inschakelen met Web Image Monitor
Registreer het apparaat bij een clientcomputer
WSD inschakelen met Web Image Monitor
Om dit apparaat als een WSD-scanner te gebruiken, moet u eerst de volgende instellingen configureren met Web Image Monitor op een clientcomputer:
Instellingen om WSD (verzendtype) in te schakelen
WSD-protocol (standaardinstelling: [Actief])
Om IPv4 te gebruiken, klikt u op [Apparaatbeheer],[Configuratie], [IPv4] onder [Netwerk] en schakel vervolgens [WSD (Device)] en [WSD (Scanner)] in.
Om gebruik te kunnen maken van IPv6, moet u [WSD (Apparaat)] of [WSD (Scanner)] voor IPv4 instellen op 'inactief' (uitschakelen).
In een IPv6-omgeving kan alleen het link-lokaal adres gebruikt worden voor WSD-communicatie.
[WSD-scanopdracht verbieden] (standaardinstelling: [Verbieden])
Klik op [Apparaatbeheer], klik op [Configuratie], klik op [Oorspronkelijke instellingen] onder [Scanner] en stel vervolgens [WSD-scanopdracht verbieden] in op [Niet verbieden].
Voer de volgende procedure uit om beide WSD's (ophaaltype) in te schakelen.
Voer "http:// (IPv4-adres of hostnaam machine)/" in de adresbalk van de internetbrowser van de clientcomputer in en druk vervolgens op [Enter].
Klik op [Inloggen].
Voer log-in gebruikersnaam en wachtwoord in bij [Log-in gebruikersnaam] en [Log-in wachtwoord] en klik vervolgens op [Inloggen].
Raadpleeg uw beheerder als u een log-in gebruikersnaam en wachtwoord nodig heeft.
Selecteer [Apparaatbeheer] in het linker menu en klik vervolgens op [Configuratie].
Bij [Scanner] klikt u op [Oorspronkelijke instellingen].
Selecteer [WSD] in [WSD of DSM gebruiken].
Stel [WSD scanopdracht verbieden] in op [Niet verbieden].
Klik op [OK].
Voor meer informatie over het gebruik van Web Image Monitor, zie de Help-functie van Web Image Monitor.
Het apparaat registreren op een clientcomputer
Ga als volgt te werk om dit apparaat te registreren bij een Windows 10-clientcomputer.
Om het apparaat te registreren, dient u zich in te loggen als beheerder.
De clientcomputer kan het apparaat niet herkennen als beide apparaten zich op verschillende netwerksegmenten bevinden of als de instelling "Netwerk zoeken" van Windows 10 is uitgeschakeld. Voor meer informatie, zie de Windows Help-functie.
Scroll in het menu [Start] van die clientcomputer naar W, klik op Windowssysteem en klik op [Configuratiescherm].
Klik in het menu [Hardware en Geluid] op [Een apparaat toevoegen] en selecteer dit apparaat.
Klik op [Volgende].
Als de registratie voltooid is, wordt het scanprofiel automatisch gecreëerd.