GebruikershandleidingPro C5300S/C5310S

Tegelijkertijd opslaan en verzenden via Scannen naar map

1Druk op het tabblad Map en vervolgens op [Bestand opslaan].

Afbeelding van bedieningspaneel

2Zorg ervoor dat [Opsl. op HDD plus Verz.] is geselecteerd.

3Indien nodig kunt u de gegevens van het opgeslagen bestand opgeven zoals [Gebruikersnaam], [Bestandsnaam], [Wachtwoord] en [Map selecteren].

  • Gebruikersnaam

    Druk op [Gebruikersnaam] en selecteer een gebruikersnaam. Als u een niet-geregistreerde gebruikersnaam wilt opgeven, drukt u op [Handm. invoer] en voert u vervolgens de naam in. Druk nadat u een gebruikersnaam heeft opgegeven op [OK].

  • Bestandsnaam

    Druk op [Bestandsnaam], voer een bestandsnaam in en druk vervolgens op [OK].

  • Wachtwoord

    Druk op [Wachtwoord], voer een wachtwoord in en druk op [OK]. Voer het wachtwoord opnieuw in om het te bevestigen en druk vervolgens op [OK].

  • Map selecteren

    Druk op [Map selecteren], kies de map waarin de opgeslagen bestanden moeten worden opgeslagen en druk vervolgens op [OK].

4Druk op [OK].

5Geef de instelling op om het bestand te verzenden via Scannen naar map.

6Plaats de originelen.

7Druk op [Starten].

Opmerking

  • U kunt opgeslagen bestanden opnieuw verzenden via Scannen naar map. Voor het opnieuw verzenden van bestanden selecteert u het bestand op het scherm [Sel. opgesl. best.] en verzendt u deze vervolgens.

  • Een opgeslagen bestand verzenden

  • Als de opgegeven bestemming wordt bijgewerkt met behulp van de functie Centraal beheer, worden de gespoolde documenten na het bijwerken naar de bestemming verzonden.