GebruikershandleidingPro C5300S/C5310S

De bestemming in het adresboek van het apparaat selecteren

Belangrijk

  • Om deze functie te gebruiken, dient u vooraf de bestemmingen in het adresboek te registreren.

  • Het adresboek gebruiken

U kunt de volgende methode gebruiken om bestemmingen te selecteren die zijn geregistreerd in het adresboek van het apparaat:

  • Een bestemming in de lijst selecteren;

  • Een bestemming selecteren door het registratienummer in te voeren;

  • Een bestemming selecteren door in het adresboek van de scanner te zoeken.

Procedure voor het selecteren van een bestemming uit de lijst

Selecteer de bestemming in de bestemmingslijst.

1Druk in de bestemmingslijst op de toets met de bestemmingsnaam.

Afbeelding van bedieningspaneel

De toets van de geselecteerde bestemming wordt gemarkeerd en de bestemming verschijnt in het bestemmingsveld boven in het scherm.

Opmerking

  • Als de doelbestemming niet wordt weergegeven, kunt u de bestemming weergeven door de eerste letter van de naam te selecteren.

  • Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen worden sommige bestemmingen wellicht niet in de bestemmingslijst vermeld.

Procedure voor het zoeken in en selecteren van het adresboek van het apparaat voor de bestemming

1Druk op [Zkbest.].

Afbeelding van bedieningspaneel

2Druk op [Naam] als u een bestemming wilt zoeken op naam. Druk op [E-mailadres] als u wilt zoeken op e-mailadres.

Als u op mapnaam wilt zoeken, selecteert u het tabblad [Map] en drukt u vervolgens op [Mapnaam].

U kunt ook zoeken op de combinatie [Naam] en [E-mailadres].

3Voer de eerste letters van de bestemmingsnaam in.

4Druk op [OK].

5Druk indien nodig op [Geavanceerd zoeken] om de gedetailleerde zoekcriteria op te geven en druk vervolgens op [OK].

Als u op [Geavanceerd zoeken] drukt, worden de volgende criteria weergegeven:

  • [Eerste woord]: er wordt gezocht naar de namen die beginnen met het/de eerste teken(s).

    Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "A".

  • [Laatste woord]: er wordt gezocht naar de namen die eindigen met het/de laatste teken(s).

    Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "C".

  • [Ex. ovreenk.]: er wordt gezocht naar de namen die corresponderen met (een) ingevoerd(e) teken(s).

    Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "ABC".

  • [Incl. één woord]: er wordt gezocht naar namen die een van de ingevoerde tekens bevatten.

    Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "A", "B" of "C".

  • [Woorden uitsl.]: er wordt gezocht naar namen die het/de ingevoerd(e) teken(s) niet bevatten.

    Als u bijvoorbeeld wilt zoeken naar "ABC", typt u "D".

6Druk op [Zoekopdr. starten].

Bestemmingen die aan de zoekcriteria voldoen, worden weergegeven.

Als de instellingen als volgt zijn, controleert u of [Adresboek] is geselecteerd voordat u de zoekopdracht uitvoert.

[Systeeminstellingen][Instellingen voor beheerder][Verificatie/Kosten][Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder ][LDAP-zoekopdracht][Aan]

7Selecteer een bestemming.

Selecteer [Naar], [Cc] of [Bcc] om het bestand te verzenden via e-mail.

8Druk op [OK].

Opmerking

  • Zoekcriteria die verschijnen in [Geavanc. zoeken], zoals [Naam], [Faxbestemming], [E-mailadres] en [Mapnaam], zijn geregistreerd in het adresboek van het apparaat.

  • Instellingen voor beheerder

  • Er kunnen maximaal 100 bestemmingen als zoekresultaten worden weergegeven.

  • Als de opgegeven bestemming wordt bijgewerkt met behulp van de functie Centraal beheer, worden de gespoolde documenten na het bijwerken naar de bestemming verzonden.