Registratie van papier waarvan de naam niet in de masterpapierbibliotheek wordt weergegeven
Als het papier dat u wilt gebruiken, niet voorkomt in de papierlijst van de bibliotheek of u weet de papiernaam niet, volg dan deze procedures:
Het papiertype uit de masterpapierbibliotheek selecteren
De masterpapierbibliotheek bevat de optimale afdrukvoorwaarden, niet alleen voor elk in de handel verkrijgbaar papierproduct, maar ook voor ieder papiertype.
U kunt uw papiersoort selecteren uit de masterpapierbibliotheek en dit registreren als aangepast papier, zelfs als u de naam van het papier niet weet. De volgende papiersoorten kunnen worden geselecteerd: Normaal, Geel, Groen, Blauw, Ivoor, Oranje, Roze, Rood, Grijs, Briefpapier, Etiketten, Halfdoorschijnend papier, Geperforeerd papier, Transparant, Envelop, Gecoat: Glanzend, Gecoat: Mat, Gecoat: Glanzend, Structuurpapier, Metallic/paarlemoer papier, Doorzichtige insteekhoes, Synthetisch papier, Doorvoerpapier. Elk type is opgedeeld in verschillende categorieën, afhankelijk van gewicht.
Het papiertype en -gewicht handmatig opgeven
U kunt aangepast papier selecteren door handmatig het papiertype en -gewicht op te geven.
Het papiertype uit de masterpapierbibliotheek selecteren
U kunt de naam van uw papier uit de masterpapierbibliotheek selecteren en die registreren als aangepast papier.
De volgende papiersoorten kunnen worden geselecteerd: Normaal, Geel, Groen, Blauw, Ivoor, Oranje, Roze, Rood, Grijs, Briefpapier, Etiketten, Halfdoorschijnend papier, Geperforeerd papier, Transparant, Envelop, Gecoat: Glanzend, Gecoat: Mat, Gecoat: Glanzend, Structuurpapier, Metallic/paarlemoer papier, Doorzichtige insteekhoes, Synthetisch papier, Doorvoerpapier.
Druk op [Instellingen papierlade] op het scherm Home.

Druk op [Aangepast papier bewerken]
[Import uit masterbibliotheek].
Selecteer de meest passende combinatie van papiertype en -gewicht.
De lijst met papiersoorten verschijnt op de eerste en daaropvolgende pagina's in de masterpapierbibliotheek.
Druk op [
Vorige] of [
Volg.] om door de lijst te scrollen en het papier te zoeken dat u wilt selecteren.
Druk op [Als aangep. pap. program.]
[Ja]
[Afsluiten].
Druk op [Home] (
) om het scherm [Instellingen papierlade] te sluiten.

U kunt de instellingen van het geregistreerde aangepaste papiertype controleren en wijzigen, zoals de instelling voor het papierformaat in het scherm [Aangepast papier bewerken].
Het papiertype en -gewicht handmatig opgeven

Selecteer altijd de instellingen die bij het papier passen. Als het papier en de instellingen niet overeenkomen, kan het papier vastlopen.
Druk op [Instellingen papierlade] op het scherm Home.

Druk op [Aangepast papier bewerken]
[Nieuwe programm.].
Druk op [Wijzigen] voor [Naam aangepaste papiersoort].
Voer de naam van het papier in en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Wijzigen] voor [Papierformaat].
Selecteer een papierformaat en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Wijzigen] voor [Pap.gewicht].
Geef het papiergewicht op en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Wijzigen] wanneer u het papiergewicht heeft gewijzigd.
Druk op [
Volg.].
Geef de papierdikte op in µm, zoals nodig.
De initiële instelling is niet gespecificeerd. Geef uw gewenste instelling op.
Druk op [Wijzigen] voor [Papierdikte].
Druk op [Aan]
[Wijzigen]Voer de papierdikte in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op [
].Druk op [OK].
Druk op [Wijzigen] voor [Papiertype].
Geef het papiertype op en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Wijzigen] wanneer u het papiertype heeft gewijzigd.
Geef [Type gecoat papier], [Papierkleur], [Voorgeperforeerd of niet], [Structuur of niet], [Duplex toepassen] en [Autopapierselec. toepassen] op aan de hand van de eigenschappen van het papier.
Wanneer u [Type gecoat papier], [Papierkleur], [Voorgeperforeerd of niet] of [Structuur of niet] wijzigt en op [OK] drukt, verschijnt een bericht om aan te geven dat [Geav. inst.] gestart wordt. Om de wijzigingen voor die instellingen toe te passen, selecteert u [Wijzigen]. Als u de wijzigingen wilt annuleren, drukt u op [Niet wijzigen].
Druk op [OK]
[Afsluiten].
Als het bericht "Sommige functies kunnen niet samen worden ingesteld. Controleer de instellingen. " wordt weergegeven, pas de instellingen dan aan met het
pictogram.
Druk op [Home] (
) om het scherm [Instellingen papierlade] te sluiten.

Als u glanzend papier gebruikt, selecteer dan [Glanzend] voor [Type gecoat papier]. Als u mat papier gebruikt (waaronder zijdepapier, dof en satijnen papier), selecteer dan [Mat] bij [Type gecoat papier].
Voor meer informatie over aangepaste papierinstellingen, zie Instellingen voor aangepast papier.
Neem voor meer informatie over [Geav. inst.] contact op met uw apparaatbeheerder.
Als u Transparant als papiertype opgeeft, selecteer dan [Papiergewicht 3] als papierdikte.