GebruikershandleidingPro C5300S/C5310S

Als het juiste papierformaat niet beschikbaar is

Als er in het apparaat geen papier is geplaatst dat overeenkomt met het formaat van een ontvangen document, kiest het apparaat een papierformaat op basis van het papier dat beschikbaar is.

Als u een ander papierformaat in de papierlade heeft ingesteld, worden inkomende faxdocumenten afgedrukt of het formaat dat het ingestelde formaat het dichtst benadert.

Als in uw apparaat bijvoorbeeld geen A5 (81/2 × 51/2) is geplaatst en u ontvangt een document in A5 (81/2 × 51/2)-formaat, dan wordt het document afgedrukt op A4-papier (81/2 × 11). Als in uw apparaat geen A4 (81/2 × 11) is geplaatst en u ontvangt een document van A4-formaat (81/2 × 11), dan wordt het document op twee vellen A5 afgedrukt (81/2 × 51/2).

Deze functie is alleen beschikbaar als de volgende instellingen zijn uitgevoerd:

  • Verkleining in sub-scanrichting: ingeschakeld

  • Maximale paginasplitsing: 20 mm (0,8 inch)

  • Prioriteit breedte of lengte: breedte

Opmerking

  • Het document wordt verspreid over twee vellen papier, afhankelijk van het papierformaat.

  • Paginasplitsing en lengteverkleining

  • Papier dat in de handinvoerlade is geplaatst, wordt doorgaans niet geselecteerd voor het afdrukken van een ontvangen document. U kunt deze lade echter gebruiken als u de handinvoer selecteert als de hoofdpapierlade bij ontvangst met specifieke afzenders.

  • De breedtes die dit apparaat kan ontvangen zijn A4 en 81/2 × 11. Documenten die smaller zijn dan A4 of 81/2 × 11 worden ontvangen op A4 of 81/2 × 11 in breedte. De lengte van documenten hangt van het document zelf af.

  • Het papierformaat waarop het ontvangen document wordt afgedrukt, kan afwijken van het formaat van het origineel.

Prioriteitslades instellen

Als papier van hetzelfde formaat in meerdere lades is geplaatst, kunt u het apparaat de ene lade laten gebruiken voor de ene functie en de andere lade voor een andere functie.

Bijvoorbeeld: u plaatst A4-papier in lade 1 voor het maken van kopieën en geel A4-papier in lade 2 voor het afdrukken van ontvangen faxberichten. U kunt dan goed zien voor welk doeleinde het papier is bestemd. U kunt deze instelling kiezen in [Papierladeprioriteit: Fax] in [Lade-/papierinstellingen].

Lade-/papierinstellingen

Opmerking

  • Wanneer een document met een ander formaat dan de prioriteitslade wordt ontvangen, wordt de lade met hetzelfde papierformaat als het ontvangen document gebruikt.

Afdrukken op het juiste formaat

Als u deze functie inschakelt, worden ontvangen documenten afgedrukt op het vel met de hoogste prioriteit.

Deze functie kan worden ingeschakeld met de gebruikersparameter (schakelaar 05, bit 5) in het menu Faxeigenschappen.

Lijst met parameterinstellingen

Als u deze functie inschakelt en er in geen van de lades papier van het geschikte formaat is geplaatst, verschijnt in het display de melding “Geen papier aanwezig.” die aangeeft dat papier van het juiste formaat moet worden geplaatst. Als u nieuw papier heeft geplaatst, drukt u op [Afsluiten] om het document af te drukken.

Opmerking

  • Nadat u op [Afsluiten] heeft gedrukt, is de procedure afhankelijk van de apparaatstatus op het moment dat het bericht werd weergegeven.

    • Als er ontvangen documenten of rapporten automatisch werden afgedrukt, gaat de printer automatisch verder met afdrukken vanaf het punt waar hij was gestopt.

    • Als er handmatig documenten of rapporten zijn afgedrukt, gaat de printer niet door met afdrukken. Voer de handelingen nogmaals vanaf het begin uit.

Inkomende documenten van speciale afzenders afdrukken op papier uit de handinvoer

U kunt documenten van opgegeven afzenders afdrukken op papier uit de handinvoer.

U kunt deze instelling uitvoeren in [Speciale afzender registreren] in het menu Faxeigenschappen.

Instellen welke actie moet worden uitgevoerd bij ontvangst van faxen van verschillende afzenders

U kunt een papierformaat dat niet in de papierlade(n) kan worden geplaatst, gebruiken in de handinvoer.

Opmerking

  • Voor meer informatie over de papiercapaciteit van de handinvoer, papierformaten die automatisch kunnen worden herkend en papier van aangepast formaat dat u kunt plaatsen, zie Recommended Paper Sizes and Types.

  • Als u papier plaatst van een formaat dat niet herkend kan worden, moet u het papierformaat opgeven. Als het formaat van het papier in de handinvoer niet overeenkomt met het opgegeven papierformaat, verschijnt er een bericht waarin u gevraagd wordt papier van het opgegeven formaat te plaatsen. Als u het papier heeft geplaatst, drukt u op [Afsluiten] om het document af te drukken.

  • Documenten die op papier dat kleiner is dan A4 (81/2 × 11) worden afgedrukt, worden mogelijk ingekort of verdeeld over meerdere vellen.

  • Papier dat te groot is kan kreuken, niet worden verzonden of vastlopen.

  • Het afdrukgebied is afhankelijk van de apparaatconfiguratie, de resolutie en de verticale lengte van originelen.

  • Als u deze functie gebruikt, zijn 'Beeldrotatie' en 'Afdrukken 180 graden draaien' niet mogelijk.