GebruikershandleidingPro C5300S/C5310S

Midden/Rand wissen

Met deze functie kunt u het midden en/of alle vier zijden van de originele afbeelding wissen.

Illustratie van Midden/Rand wissen

Deze functie bestaat uit de volgende drie types:

Rand wissen

Deze modus wist de buitenste marge van de originele afbeelding.

Er zijn twee varianten van de modus Rand wissen.

  • Breedte gelijk

    Dezelfde breedte van de buitenste marges van de originele afbeelding wissen.

  • Breedte anders

    Verschillende breedtes van de buitenste marges van de originele afbeelding wissen.

Midden wissen

Deze modus wist de middenmarge van de originele afbeelding.

Midden/Rand wissen

Deze modus wist de middenmarges en de buitenste marges van de originele afbeelding.

Er zijn twee varianten van de modus Midden/Rand wissen.

  • Breedte gelijk

    Dezelfde breedte van de buitenste marges van de originele afbeelding wissen. De middenmarge van originelen kan echter alleen worden gewist op een andere breedte vanaf de rand.

  • Breedte anders

    Verschillende breedtes van de buitenste marges en de middenmarge van de originele afbeelding wissen.

Deze modus wist de buitenste marges en de middenmarge van originelen, ongeacht de richting van de originelen.

Illustratie van Midden/Rand wissen

U kunt de breedte van het gewiste gedeelte aanpassen van 2 tot 99 mm.

Opmerking

  • De breedte van de gewiste marge varieert afhankelijk van de reproductiefactor.

  • U kunt de instellingen voor de gewiste breedte wijzigen onder [Bew./Stempel] in Instellingen. Voor meer informatie, zie de volgende sectie:

  • Bewerken/Stempel

Randen wissen

Deze modus wist de buitenste marge van de originele afbeelding.

1Druk op [Bewerken/Kleur].

Afbeelding van bedieningspaneel

2Druk op [Wissen].

3Druk op [Midden/Rand wissen].

4Controleer of [Marge wissen] is geselecteerd.

5Selecteer [Breedte gelijk] of [Breedte anders].

6U kunt de wisbreedte opgeven met [Plus] en [Min].

Als u [Breedte gelijk] heeft geselecteerd in stap 5:

Afbeelding van bedieningspaneel

Als u [Breedte anders] heeft geselecteerd in stap 5:

Afbeelding van bedieningspaneel

Druk op de toets behorend bij de rand die u wilt wijzigen en geef een nieuwe waarde op.

7Druk twee keer op [OK].

Opmerking

  • Als u op [Plus] of [Min] drukt, kunt u de breedte veranderen in stappen van 1 mm (0,1 inch). U wijzigt de breedte in stappen van 10 mm (1 inch) door de betreffende toets ingedrukt te houden.

De middenmarge wissen

Deze modus wist de middenmarge van de originele afbeelding.

1Druk op [Bewerken/Kleur].

Afbeelding van bedieningspaneel

2Druk op [Wissen].

3Druk op [Midden/Rand wissen].

4Druk op [Midden wissen].

5U kunt de wisbreedte opgeven met [Plus] en [Min].

Afbeelding van bedieningspaneel

Als u op [Plus] of [Min] drukt, kunt u de breedte veranderen in stappen van 1 mm (0,1 inch). U wijzigt de breedte in stappen van 10 mm (1 inch) door de betreffende toets ingedrukt te houden.

6Druk twee keer op [OK].

Midden/Rand wissen

Deze modus wist de middenmarges en de buitenste marges van de originele afbeelding.

1Druk op [Bewerken/Kleur].

Afbeelding van bedieningspaneel

2Druk op [Wissen].

3Druk op [Midden/Rand wissen].

4Druk op [Midden/Rand wissen].

5Selecteer [Breedte gelijk] of [Breedte anders].

6Druk op de toets behorend bij de rand die u wilt wijzigen en stel een wisbreedte in met [Plus] en [Min].

Als u [Breedte gelijk] heeft geselecteerd in stap 5:

Afbeelding van bedieningspaneel

Als u [Breedte anders] heeft geselecteerd in stap 5:

Afbeelding van bedieningspaneel

Druk op de toets behorend bij de rand die u wilt wijzigen en geef een nieuwe waarde op.

7Druk twee keer op [OK].

Opmerking

  • Als u op [Plus] of [Min] drukt, kunt u de breedte veranderen in stappen van 1 mm (0,1 inch). U wijzigt de breedte in stappen van 10 mm (1 inch) door de betreffende toets ingedrukt te houden.