Afdrukken
RTIFF gebruiken op een UNIX-werkstation
Op een UNIX-werkstation gebruikt u de command shell om een TIFF-bestand op te geven en af te drukken. Configureer het RTIFF-menu op het bedieningspaneel van het apparaat voor u begint met afdrukken.
Voorbeeld (hier wordt de opdracht "ftp" gebruikt):
ftp> put tiff-filename
Voorbeeld (hier wordt de opdracht "ftp" gebruikt en de afdrukopties opgegeven):
ftp> put "tiff-filename",filetype=RTF,copies=3
Vervang "tiff-filename" door de naam van het TIFF-bestand dat u wilt afdrukken.

Voor meer informatie over de afdrukopdrachten, zie "Apparaatcontrole" op onze website.
U kunt alleen afdrukopties opgeven als TCP/IP als netwerkprotocol wordt gebruikt.
Door de afdrukopties in de afdrukopdrachtregel op te geven, kunt u de instellingen die in het RTIFF-menu zijn opgegeven, tijdelijk veranderen en bestanden met die gewijzigde afdrukopties af te drukken.
RTIFF gebruiken op pc-AT-compatibele (DOS/V) computers
Op een DOS/V-computer gebruikt u de opdrachtprompt om af te drukken. Configureer het RTIFF-menu op het bedieningspaneel van het apparaat voor u begint met afdrukken.
Bij gebruik van een printer die is verbonden met een netwerk
Ga naar de opdrachtprompt.
Zie de Helpfunctie van Windows voor informatie over het openen van de opdrachtprompt.
Wijs het netwerkpad via NetBEUI toe aan een ongebruikte printerpoort op de computer.
Voorbeeld:
C:\WINDOWS>net use lpt3: pathname
Vervang "padnaam" voor de netwerkpadnaam van dit apparaat.
Voer de afdrukopdracht uit via de toegewezen printerpoort.
Voorbeeld:
C:\WINDOWS>copy /b tiff-filename lpt3
Vervang "tiff-filename" door de naam van het TIFF-bestand dat u wilt afdrukken.
Voer de volgende opdracht uit om de printerpoort vrij te geven die is toegewezen in stap 2.
Voorbeeld:
C:\WINDOWS>net use lpt3: /d

Als u het netwerkpad van dit apparaat wilt opzoeken, maakt u een afdruk van de configuratiepagina. Ga naar de volgende sectie voor meer informatie over het afdrukken van de configuratiepagina.
Afdrukken met de opdracht "ftp"
Als TCP/IP wordt gebruikt als het netwerkprotocol, kunt u ook de opdracht "ftp" gebruiken om af te drukken.
Ga naar de opdrachtprompt.
Zie de Helpfunctie van Windows voor informatie over het openen van de opdrachtprompt.
Voer de opdracht "ftp" in.
ftp IPaddress
Vervang "IPaddress" door het IP-adres van de printer waarnaar u het TIFF- of CALS-bestand wilt verzenden.
De opdracht "ftp" wordt gestart en u wordt gevraagd om een gebruikersnaam in te voeren.
User:
Voer een tekenreeks in als de gebruikersnaam en druk op [Enter].
U wordt gevraagd om een wachtwoord in te voeren.
Password:
Druk op [Enter].
Het is niet verplicht om een wachtwoord in te voeren.
De "ftp"-opdracht wordt weergegeven.
ftp>
Voer "bin" in en geef vervolgens de instellingen op om een TIFF-bestand te verzenden in de binaire modus.
Het TIFF- of CALS-bestand kan alleen goed worden afgedrukt als u de overdrachtsmodus instelt op "binary".
ftp> bin
Voer de subopdracht in voor het overdragen van het bestand dat u wilt afdrukken vanaf de "ftp"-prompt.
ftp> put tiff-filename
Vervang "tiff-filename" door de naam van het TIFF- of CALS-bestand dat u wilt afdrukken.
Het RTIFF-menu dat op het apparaat geconfigureerd is, kan tijdelijk worden veranderd door afdrukopties toe te voegen aan de subopdracht 'put'.
Voorbeeld:
ftp> put tiff-filename filetype=RTF,copies=3,center
U kunt "ftp" afsluiten door "bye" te typen bij de "ftp"-prompt.

U kunt ook de opdracht "lpr" of "rcp" gebruiken om bestanden af te drukken.
Voor meer informatie over de afdrukopdrachten, zie "Apparaatcontrole" op onze website.
Voor meer informatie over afdrukopties, zie Afdrukopties opgeven.