GebruikershandleidingIP CW2200

Inkt toevoegen

De volgende berichten kunnen verschijnen, afhankelijk van de hoeveelheid inkt.

  • Wanneer “Controleer of u nog een cartridge heeft liggen.” wordt weergegeven, is er nog ongeveer 35% van de oorspronkelijke hoeveelheid inkt over in de printcartridge.

  • Wanneer “Afdrukken is niet mogelijk als slechts één cartridge leeg is.” wordt weergegeven, is er nog ongeveer 20% van de oorspronkelijke hoeveelheid inkt over in de printcartridge.

  • Als het bericht “Geen inkt.” verschijnt, vervangt u de bijbehorende kleurencartridges.

Zie de animatie die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van het apparaat voor de procedure voor het vervangen van de printcartridge.

Belangrijk

  • Vervang de printcartridge wanneer het bericht hierover wordt weergegeven op het bedieningspaneel.

  • Het apparaat kan beschadigd raken als u een ander type printcartridge gebruikt.

  • Schakel het apparaat niet uit wanneer u de printcartridge vervangt. Als u het apparaat uitschakelt tijdens het vervangen van de printcartridge, worden de opgegeven instellingen geannuleerd en wordt het afdrukken niet voortgezet na het vervangen.

  • Bewaar de inkt in een droge omgeving, uit de buurt van direct zonlicht en doorgaans bij een temperatuur van onder de 35°C.

  • Bewaar de inkt in een horizontale positie.

  • Nadat u de cartridge uit het apparaat heeft verwijderd, dient u deze niet te schudden terwijl de opening naar beneden is gericht. Er kan dan overgebleven inkt uit komen.

  • De printcartridge dient u niet herhaaldelijk uit het apparaat te halen en weer terug te plaatsen. De overgebleven inkt kan dan gaan lekken.

  • Vervang de printcartridges als dit wordt aangegeven op het apparaat.

  • Nadat u de printcartridge heeft vervangen, sluit u de klep van de cartridge en wacht u tot het bericht “Een ogenblik geduld a.u.b.” is verdwenen voordat u papier in de handinvoerlocatie plaatst.

  • Als u papier in de handinvoerlocatie plaatst terwijl het cartridgepaneel is geopend, kan “Papierstoring” op het scherm verschijnen. Als “Papierstoring” wordt weergegeven, volgt u de instructies op het scherm om de storing op te lossen.

  • Gebruik alleen printcartridges die door de fabrikant worden aanbevolen. Aanbevolen cartridges zijn veilig en zullen het apparaat niet beschadigen.

  • Raak de IC-chip op printcartridges niet aan.

  • Open het cartridgepaneel alleen als u een printcartridge gaat vervangen. Als u het paneel op andere momenten opent, kan dit storingen tot gevolg hebben.

  • Duw de printcartridge naar binnen tot de hendel vastklikt. Als de hendel niet vastklikt, kan er inkt in het apparaat lekken.

  • Illustratie printcartridge

1Kijkj op het scherm welke printcartridge moet worden vervangen.

Afbeelding van bedieningspaneel

Als het scherm is uitgeschakeld, drukt u eerst op [Status controleren] en daarna op [Controleren] op het tabblad [Apparaatstatus].

2Vul inkt bij met de procedure die in de animatie wordt getoond.

Afbeelding van bedieningspaneel

Opmerking

  • Om de printkop te beschermen en om een goede afdrukkwaliteit te garanderen, wordt er niet alleen inkt verbruikt tijdens het afdrukken, maar ook wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, tijdens het schoonmaken van de koppen, tijdens het doorspoelen en bij het plaatsen van de cartridges. Hierdoor worden de koppen vaker gereinigd of doorgespoeld en raakt de printcartridge mogelijk snel leeg, zelfs als er heel weinig pagina's zijn afgedrukt.

  • Er kan ook kleureninkt worden gebruikt als er geen kleurenafdrukken worden gemaakt.

  • De reducties die worden aangegeven door de indicator voor resterende inkt, verschillen afhankelijk van de capaciteit van de cartridge.

  • Als na het vervangen van de printcartridge nog steeds berichten verschijnen dat u inkt moet bijvullen, zet u het apparaat uit en weer aan.

  • Printcartridges moeten worden gebruikt voor hun vervaldatum en in het ideale geval binnen zes maanden nadat ze uit de verpakking zijn gehaald.

Voorzorgsmaatregelen voor het bijvullen van inkt

VOORZICHTIG

  • Als er (gebruikte) inkt in uw ogen komt, moet u dit direct uitspoelen onder stromend water. Neem contact op met uw huisarts als er sprake is van een ongebruikelijke reactie.
  • Als u (gebruikte) inkt hebt ingeslikt, moet u water met veel zout drinken om braken op te wekken en direct contact opnemen met uw huisarts.
  • Wanneer u de printcartridge vervangt, moet u erop letten dat u uw hand niet in de buurt houdt van de plek waar de printcartridge wordt geplaatst. Als er inkt in contact komt met uw handen, wast u ze grondig met zeep en water.
  • Pas op dat u geen inktvlekken op uw kleding krijgt bij het verwijderen van vastzittend papier of bij het vervangen van inktcartridges. Indien er inkt op uw kleding terecht komt, was de vlek dan met koud water. Wanneer u warm water gebruikt, dringt de inkt zich in de stof van uw kleding waardoor de vlek niet meer verwijderd kan worden.
  • Let erop dat er geen inkt op uw handen komt als u vastgelopen papier gaat verwijderen of inkt gaat vervangen of bijvullen. Als er toch inkt op uw huid komt, moet u de huid goed schoonmaken met zeep en water.

Lege printcartridges weggooien

Printcartridges kunnen niet worden hergebruikt.

Regio A pictogram(voornamelijk in Europa en Azië)

Als u uw gebruikte printcartridge wilt weggooien, neem dan contact op met een verkooppunt van Ricoh bij u in de buurt. Als u de toner zelf weggooit, moet u het beschouwen als plastic afvalmateriaal.

Regio B pictogram(voornamelijk in Noord-Amerika)

Raadpleeg de lokale Ricoh website voor meer informatie over het recyclen van verbruiksartikelen. U kunt items ook recyclen volgens de gemeentelijke voorschriften of volgens de aanwijzingen van het lokale afvalverwerkingsbedrijf.