Inkt toevoegen
De volgende berichten kunnen verschijnen, afhankelijk van de hoeveelheid inkt.
Wanneer “Controleer of u nog een cartridge heeft liggen.” wordt weergegeven, is er nog ongeveer 35% van de oorspronkelijke hoeveelheid inkt over in de printcartridge.
Wanneer “Afdrukken is niet mogelijk als slechts één cartridge leeg is.” wordt weergegeven, is er nog ongeveer 20% van de oorspronkelijke hoeveelheid inkt over in de printcartridge.
Wanneer “Geen inkt.” wordt weergegeven, moet u de betreffende kleurencartridge vervangen.
Zie de animatie die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van het apparaat voor de procedure voor het vervangen van de printcartridge.

Vervang de printcartridge wanneer het bericht hierover wordt weergegeven op het bedieningspaneel.
Het apparaat kan beschadigd raken als u een ander type printcartridge gebruikt.
Schakel het apparaat niet uit wanneer u de printcartridge vervangt. Als u het apparaat uitschakelt tijdens het vervangen van de printcartridge, worden de opgegeven instellingen geannuleerd en wordt het afdrukken niet voortgezet na het vervangen.
Bewaar de inkt in een droge omgeving, uit de buurt van direct zonlicht en doorgaans bij een temperatuur van onder de 35°C.
Bewaar de inkt in een horizontale positie.
Nadat u de cartridge uit het apparaat heeft verwijderd, dient u deze niet te schudden terwijl de opening naar beneden is gericht. Er kan dan overgebleven inkt uit komen.
De printcartridge dient u niet herhaaldelijk uit het apparaat te halen en weer terug te plaatsen. De overgebleven inkt kan dan gaan lekken.
Vervang de printcartridges als dit wordt aangegeven op het apparaat.
Nadat u de printcartridge heeft vervangen, sluit u de klep van de cartridge en wacht u tot het bericht “Een ogenblik geduld a.u.b.” is verdwenen voordat u papier in de handinvoerlocatie plaatst.
Als u papier in de handinvoerlocatie plaatst terwijl het cartridgepaneel is geopend, kan “Papierstoring” op het scherm verschijnen. Als “Papierstoring” wordt weergegeven, volgt u de instructies op het scherm om de storing op te lossen.
Gebruik alleen printcartridges die door de fabrikant worden aanbevolen. Aanbevolen cartridges zijn veilig en zullen het apparaat niet beschadigen.
Raak de IC-chip op printcartridges niet aan.
Open het cartridgepaneel alleen als u een printcartridge gaat vervangen. Als u het paneel op andere momenten opent, kan dit storingen tot gevolg hebben.
Duw de printcartridge naar binnen tot de hendel vastklikt. Als de hendel niet vastklikt, kan er inkt in het apparaat lekken.

Kijkj op het scherm welke printcartridge moet worden vervangen.

Als u het scherm heeft uitgeschakeld, drukt u op [Status controleren] en daarna op [Controleren] op het tabblad [Apparaatstatus].
Vul inkt bij met de procedure die in de animatie wordt getoond.


Om de printkop te beschermen en om een goede afdrukkwaliteit te garanderen, wordt er niet alleen inkt verbruikt tijdens het afdrukken, maar ook wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, tijdens het schoonmaken van de koppen, tijdens het doorspoelen en bij het plaatsen van de cartridges. Hierdoor worden de koppen vaker gereinigd of doorgespoeld en raakt de printcartridge mogelijk snel leeg, zelfs als er heel weinig pagina's zijn afgedrukt.
Er kan ook kleureninkt worden gebruikt als er geen kleurenafdrukken worden gemaakt.
De reducties die worden aangegeven door de indicator voor resterende inkt, verschillen afhankelijk van de capaciteit van de cartridge.
Als na het vervangen van de printcartridge nog steeds berichten verschijnen dat u inkt moet bijvullen, zet u het apparaat uit en weer aan.
Printcartridges moeten worden gebruikt voor hun vervaldatum en in het ideale geval binnen zes maanden nadat ze uit de verpakking zijn gehaald.
Voorzorgsmaatregelen voor het bewaren van inkt

- Houd de printcartridge en inktopvangeenheid uit de buurt van kinderen.
Voorzorgsmaatregelen voor het bijvullen van inkt

- Als er inkt in uw ogen komt, moet u dit direct uitspoelen onder stromend water. Raadpleeg indien nodig een arts.
- Bij doorslikken van inkt moet u met een sterke zoutoplossing braken opwekken. Raadpleeg onmiddellijk een arts.
- Wanneer u de printcartridge vervangt, moet u erop letten dat u uw hand niet in de buurt houdt van de plek waar de printcartridge wordt geplaatst. Als er inkt in contact komt met uw handen, wast u ze grondig met zeep en water.
- Pas op dat u geen inkt in uw kleding krijgt bij het verwijderen van vastzittend papier of bij het vervangen van inktcartridges. Indien er inkt op uw kleding terecht komt, was de vlek dan met koud water. Wanneer u warm water gebruikt, dringt de inkt zich in de stof van uw kleding waardoor de vlek niet meer verwijderd kan worden.
- Pas op dat u geen inkt op uw huid krijgt bij het verwijderen van vastzittend papier of bij het vervangen van inktcartridges. Als uw huid in contact komt met inkt, moet u het betreffende gedeelte van de huid grondig wassen met water en zeep.
Lege printcartridges weggooien
Printcartridges kunnen niet worden hergebruikt.
(voornamelijk in Europa en Azië)
Als u uw gebruikte printcartridge wilt weggooien, neem dan contact op met een verkooppunt van Ricoh bij u in de buurt. Als u de toner zelf weggooit, moet u het beschouwen als plastic afvalmateriaal.
(voornamelijk in Noord-Amerika)
Raadpleeg de lokale Ricoh website voor meer informatie over het recyclen van verbruiksartikelen. U kunt items ook recyclen volgens de gemeentelijke voorschriften of volgens de aanwijzingen van het lokale afvalverwerkingsbedrijf.