GebruikershandleidingIM 2500/3000/3500/4000/5000/6000 series

Het printerstuurprogramma voor de netwerkprinter installeren

Om vanaf een clientcomputer op een afdrukserver af te drukken, voegt u de netwerkprinterpoort toe en installeert u vervolgens het printerstuurprogramma.

Het PCL6 printerstuurprogramma vanaf de cd-rom installeren

1Plaats de cd-rom in de computer.

Indien het installatieprogramma niet automatisch opstart, dubbelklikt u op [Setup.exe] in de map Windows van de cd-rom.

2Selecteer een taal en klik vervolgens op [OK].

3Klik op [Aanbevolen installatie vanaf schijf].

Illustratie stuurprogrammascherm

4Klik [Netwerkprinter(s)].

5Op het scherm "Gebruiksrechtovereenkomst" klik op [Akkoord en ga naar volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

6Klik op [Klikken als u het apparaat niet kunt vinden].

Illustratie stuurprogrammascherm
  • Indien het scherm "Fout met netwerkverbinding" wordt weergegeven, klikt u op [OK].

7Klik op [Zoeken op apparaatnaam] en klik vervolgens op [Volgende].

8Selecteer het gewenste apparaat en klik vervolgens op [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

9In het dialoogvenster "Afdr.voork." klikt u op [Poort toev].

Illustratie stuurprogrammascherm

10Selecteer [Netwerkprinter] en klik vervolgens op [OK].

Illustratie stuurprogrammascherm

11Selecteer de netwerkprinter en klik vervolgens op [OK].

Illustratie stuurprogrammascherm

12Controleer of het pad naar de te gebruiken printer wordt weergegeven in Poortnaam in het scherm "Afdr.voork.".

13Configureer indien nodig de instellingen onder "Geavanceerde instellingen" en klik vervolgens op [Volgende].

14Als de installatie is voltooid, klikt u op [Voltooien].

Het PostScript3 printerstuurprogramma vanaf de cd-rom installeren

1Plaats de cd-rom in de computer.

Indien het installatieprogramma niet automatisch opstart, dubbelklikt u op [Setup.exe] in de map Windows van de cd-rom.

2Selecteer een taal en klik vervolgens op [OK].

3Klik op [PostScript 3-printerstuurprogramma].

Illustratie stuurprogrammascherm

4Op het scherm "Gebruiksrechtovereenkomst" klik op [Akkoord en ga naar volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

5Klik op [Klikken als u het apparaat niet kunt vinden].

Illustratie stuurprogrammascherm
  • Indien het scherm "Fout met netwerkverbinding" wordt weergegeven, klikt u op [OK].

6Klik op [Zoeken op apparaatnaam] en klik vervolgens op [Volgende].

7Selecteer het gewenste apparaat en klik vervolgens op [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

8In het dialoogvenster "Afdr.voork." klikt u op [Poort toev].

Illustratie stuurprogrammascherm

9Selecteer [Netwerkprinter] en klik vervolgens op [OK].

Illustratie stuurprogrammascherm

10Selecteer de netwerkprinter en klik vervolgens op [OK].

Illustratie stuurprogrammascherm

11Controleer of het pad naar de te gebruiken printer wordt weergegeven in Poortnaam in het scherm "Afdr.voork.".

12Configureer indien nodig de instellingen onder "Geavanceerde instellingen" en klik vervolgens op [Volgende].

De installatie van het printerstuurprogramma begint.

  • Raadpleeg uw beheerder of de geavanceerde instellingen nodig zijn.

13Klik op [Printereigenschappen openen].

14Op het tabblad [Accessoires] controleert u of de opties zijn geselecteerd die op het apparaat zijn geïnstalleerd. Klik vervolgens op [OK][Volgende].

15Als de installatie is voltooid, klikt u op [Voltooien].

Het printerstuurprogramma via het gedownloade bestand installeren

1Dubbelklik op het gedownloade bestand.

  • Wanneer u een "Veiligheidswaarschuwing" krijgt, klikt u op [OK].

  • Indien het scherm "Gebruikersaccountbeheer" wordt weergegeven, klikt u op [Ja] of [Toestaan].

2Op het scherm "Gebruiksrechtovereenkomst" klik op [Akkoord en ga naar volgende].

3Selecteer [Netwerk] en klik vervolgens op [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

4Klik op [Klikken als u het apparaat niet kunt vinden].

Illustratie stuurprogrammascherm
  • Indien het dialoogvenster "Fout met netwerkverbinding" wordt weergegeven, klikt u op [OK].

5Klik op [Zoeken op apparaatnaam] en klik vervolgens op [Volgende].

6Selecteer het gewenste apparaat en klik vervolgens op [Volgende].

Illustratie stuurprogrammascherm

7In het dialoogvenster "Afdr.voork." klikt u op [Poort toev].

Illustratie stuurprogrammascherm

8Selecteer [Netwerkprinter] en klik vervolgens op [OK].

Illustratie stuurprogrammascherm

9Selecteer de netwerkprinter en klik vervolgens op [OK].

Illustratie stuurprogrammascherm

10Controleer of het pad naar de te gebruiken printer wordt weergegeven in Poortnaam in het scherm "Afdr.voork.".

11Configureer indien nodig de instellingen onder "Geavanceerde instellingen" en klik vervolgens op [Volgende].

De installatie van het printerstuurprogramma begint.

Voor het PCL 6-stuurprogramma gaat u naar stap 15.

  • Raadpleeg uw beheerder of de geavanceerde instellingen nodig zijn.

12Klik op [Printereigenschappen openen].

13Op het tabblad [Accessoires] controleert u of de opties zijn geselecteerd die op het apparaat zijn geïnstalleerd. Klik vervolgens op [OK][Volgende].

14Als de installatie is voltooid, klikt u op [Voltooien].