De WINS-server configureren
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de WINS-server kunt configureren.
Het apparaat kan worden geconfigureerd voor registratie van de NetBIOS-naam met een WINS-server wanneer het apparaat wordt aangezet. Op deze manier kan de NetBIOS-naam van het apparaat worden opgegeven in SmartDeviceMonitor for Admin, zelfs in een DHCP-omgeving.
Met behulp van een internetbrowser
U kunt de WINS-server configureren met een internetbrowser op netwerkcomputers. (Wij gebruiken Web Image Monitor dat op dit apparaat is geïnstalleerd.)
Open een internetbrowser op een netwerkcomputer.
Voer "http://(IP-adres van het apparaat of hostnaam) /" in de adresbalk in om toegang te krijgen tot het apparaat waarvan u de instellingen wilt wijzigen.
De beginpagina van Web Image Monitor verschijnt.
Klik op [Inloggen].
Het dialoogvenster voor het opgeven van uw gebruikersnaam en wachtwoord wordt weergegeven.
Geef de gebruikersnaam en het wachtwoord op en klik op [Inloggen].
Neem contact op met de beheerder voor meer informatie over de instellingen.
Afhankelijk van de configuratie in uw internetbrowser kunt u de gebruikersnaam en het wachtwoord mogelijk opslaan. Als u dat niet wilt, configureert u uw internetbrowser zodanig dat deze informatie niet wordt opgeslagen.
In het menu-gedeelte, klikt u op [Configuratie] in het menu [Apparaatbeheer].
Onder "Netwerk" klikt u op [IPv4].
Ga na of [Actief] is geselecteerd bij [WINS] in de kolom [Ethernet + Wireless LAN] en voer vervolgens het IPv4-adres van de WINS-server in bij [Primaire WINS-server] en [Secundaire WINS-server].
Klik op [OK].
“Bijwerken...” verschijnt. Wacht 1 of 2 minuten en klik vervolgens op [OK].
Sluit de internetbrowser.
![]()
De WINS-server wordt ondersteund door Windows Server 2008 of hoger.
Zie Windows Help voor meer informatie over de instellingen van de WINS-server.
Als de WINS-server niet reageert, wordt de NetBIOS-naam geregistreerd via een broadcast.
U kunt een NetBIOS-naam van maximaal 15 alfanumerieke tekens opgeven.
U kunt ook telnet gebruiken om WINS te configureren.
Gebruik het "wins"-commando om de instellingen met telnet te definiëren.