GebruikershandleidingIM 350/430 series

Internet Information Services (IIS) en Certificate Services installeren

Geef deze instelling op als u wilt dat het apparaat automatisch gebruikersinformatie ophaalt die in de Active Directory zijn opgeslagen.

Wij raden aan dat u Internet Information Services (IIS) en Certificate services als Windows-componenten installeert.

Installeer de onderdelen en maak vervolgens het servercertificaat.

Als de onderdelen nog niet zijn geïnstalleerd, kunt u dit als volgt doen:

Installatie onder Windows Server 2008 R2

1Ga in het menu [Start] naar [Systeembeheer] en klik dan op [Serverbeheer].

2Klik op [Functies] in de linkerkolom en klik op [Functies toevoegen] in het [Actie]-menu.

3Klik op [Volgende>].

4Vink de selectievakjes "Webserver (IIS)" en "Active Directory Certificate Services" aan en klik vervolgens op [Volgende>].

Klik op [Onderdelen toevoegen] in het bevestigingsbericht dat wordt weergegeven.

5Lees de inhoudelijke informatie en klik op [Volgende >].

6Controleer of [Certificeringsinstantie] is geselecteerd en klik op [Volgende >].

7Selecteer [Onderneming] en klik daarna op [Volgende >].

8Selecteer [Basis-CA] en klik daarna op [Volgende >].

9Selecteer [Nieuwe persoonlijke sleutel maken] en klik vervolgens op [Volgende].

10Selecteer een cryptografische serviceprovider, sleutellengte en hekje-algoritme om een nieuwe persoonlijke sleutel te creëren en klik vervolgens op [Volgende>].

11In "Reguliere naam voor deze certificeringsinstantie:" voert u de naam van de certificeringsinstantie in en klikt u op [Volgende>].

12Kies de geldigheidsperiode en klik op [Volgende>].

13Stel de instellingen voor "Locatie van certificaatdatabase:" en "Locatie van logboek van certificaatdatabase:" in op de standaardinstellingen en klik op [Volgende>].

14Lees de opmerkingen en klik op [Volgende>].

15Selecteer de taak die u wilt gebruiken en klik op [Volgende >].

16Klik op [Installeren].

17Als de installatie klaar is, klikt u op [Sluit].

18Sluit [Serverbeheer].

Installatie onder Windows Server 2012/2016

1Klik in het beginscherm op [Serverbeheer].

2Klik in het menu [Beheren] op [Functies en onderdelen toevoegen].

3Klik op [Volgende>].

4Selecteer [Installatie die op de functie of het onderdeel is gebaseerd] en klik vervolgens op [Volgende>].

5Selecteer een server en klik vervolgens op [Volgende>].

6Vink de selectievakjes "Active Directory Certificate Services" en "Webserver (IIS)" aan en klik vervolgens op [Volgende>].

Klik op [Onderdelen toevoegen] in het bevestigingsbericht dat wordt weergegeven.

7Klik op de onderdelen die u wilt installeren en klik vervolgens op [Volgende>].

8Lees de inhoudelijke informatie en klik op [Volgende >].

9Controleer of [Certificeringsinstantie] is geselecteerd in het gedeelte [Functieservices] in [Active Directory Certificate Services] en klik vervolgens op [Volgende>].

10Lees de inhoudelijke informatie en klik op [Volgende >].

Lees de inhoudelijke informatie onder Windows Server 2016 en ga vervolgens verder met stap 12.

11Vink onder [Web Server (IIS)] de functieservices aan die u wilt installeren en klik vervolgens op [Volgende>].

12Klik op [Installeren].

13Klik na de installatie op het meldingspictogram van Serverbeheer OS screen illustration en klik vervolgens op [Active Directory Certificate Services op de doelserver configureren].

14Klik op [Volgende>].

15Klik in het gedeelte [Functieservices] op [Certificeringsinstantie] en klik vervolgens op [Volgende>].

16Selecteer [Ondernemings-CA] en klik vervolgens op [Volgende>].

17Selecteer [Basis-CA] en klik daarna op [Volgende >].

18Selecteer [Nieuwe persoonlijke sleutel maken] en klik vervolgens op [Volgende].

19Selecteer een cryptografieprovider, sleutellengte en hash-algoritme om een nieuwe persoonlijke sleutel te creëren en klik vervolgens op [Volgende>].

20In "Reguliere naam voor deze certificeringsinstantie:" voert u de naam van de certificeringsinstantie in en klikt u op [Volgende>].

21Kies de geldigheidsperiode en klik op [Volgende>].

22Stel de instellingen voor "Locatie van certificaatdatabase:" en "Locatie van logboek van certificaatdatabase:" in op de standaardinstellingen en klik op [Volgende>].

23Klik op [Configureren].

24Als het bericht "De configuratie is geslaagd" wordt weergegeven, klikt u op [Sluiten].