GebruikershandleidingIM 350/430 series

Solaris

Het IP-adres en de hostnaam aan het /etc/hosts-bestand toevoegen

De volgende regel wordt aan het /etc/hosts-bestand toegevoegd. Het IP-adres en de hostnaam van de printer die u eerder hebt ingevoerd in het installatiescript worden gebruikt.

192.168.15.16 nphost # Network Printer

  • 192.168.15.16 is het IP-adres, nphost is de hostnaam, van # tot het einde van de regel is de opmerking.

Opmerking

  • Het /etc/hosts-bestand bevat een lijst met IP-adressen en hostnamen van alle hosts die op het netwerk communiceren. Elke registratie is onbeperkt met een spatie of tab, en elke regel wordt gescheiden door een enter.

  • Als u NIS of DNS niet gebruikt, dient u handmatig het IP-adres en de hostnaam van elk werkstation in te voeren. Hiervoor gebruikt u de netwerkprinter in het /etc/hosts-bestand.

De printer registreren

Het installatieshellscript registreert de printer als externe printer en gebruikt hiervoor de volgende procedure:

  1. Als uw werkstation Solaris 2.5.1 is, registreer dan de printerserver en printclient naar de printservice.

    # lpsystem -t bsd -R 0 -y Network Printer nphost

  2. Registreer de printer als externe printer.

    # lpadmin -p np -s nphost!option -T dump -I any

    • np is de printernaam, nphost is de hostnaam. Voor meer informatie over "optie", zie De apparaatoptie opgeven.

      "lp" wordt toegewezen als de optie niet wordt gebruikt.

      Gebruik bij afdrukken met de lp-opdracht ( _ ) in plaats van ( = ) en ( ; ) in plaats van ( , ) voor besturingssystemen die ( = ) en ( , ) niet kunnen gebruiken, zoals Solaris 2.5 of hoger.

  3. Als uw werkstation Solaris 2.5.1 is, maak de afdruktaak dan actief zodat deze door de afdrukrij kan worden geaccepteerd.

    /usr/lib/accept np

  4. Als uw werkstation Solaris 2.5.1 is, maak de afdruktaak dan actief zodat deze kan worden afgedrukt.

    /usr/lib/enable np