Wanneer u gebruikmaakt van het PCL 6-printerstuurprogramma
Klik op de menuknop van de toepassing die u gebruikt en klik vervolgens op [Afdrukken].
Selecteer de printer die u wilt gebruiken.
Klik op [Voorkeursinstellingen].

Selecteer het tabblad [Veelgebruikte instellingen].

Selecteer [Normale afdruk] in de lijst "Taaksoort:".

In de lijst "Documentformaat:" selecteert u het formaat van origineel dat afgedrukt moet worden.

In de lijst "Afdrukrichting" selecteert u [Staand] of [Liggend] als de afdrukrichting van het origineel.

Selecteer de papiersoort die zich in de papierlade bevindt in de lijst "Papiersoort:".

In de lijst "Invoerlade:" selecteert u de invoerlade waarin zich het papier bevindt waarop u wilt afdrukken.

Als u [Automatische ladekeuze] in de lijst "Invoerlade:" selecteert, dan wordt de papierlade automatisch geselecteerd aan de hand van het opgegeven papierformaat en -type.
Als u meerdere exemplaren wilt afdrukken, geeft u het aantal sets op in het vakje "Kopieën:".

Klik op [OK].
Begin met afdrukken vanuit het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing.