Een faxbestemming registreren
Druk op [Home] (
) onderaan in het midden van het scherm.
Veeg naar links en druk vervolgens op het pictogram [Adresboekmanagement].
Controleer of [Programmeren/Wijzigen] geselecteerd is.
Selecteer de naam van de faxbestemming die u wilt registreren.
Druk op de naamtoets of voer het geregistreerde nummer in met de cijfertoetsen.
Druk op [Faxbestemm.].
Druk op [Wijzigen] onder "Faxbestemming".
Voer het faxnummer in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op [OK].

Geef optionele instellingen op zoals "SUB Code", "SEP Code" en "Internationale TX Modus".
Druk op [OK].
Druk rechtsboven in het scherm op [Gebruikersinstellingen] (
).
Druk op [Home] (
) onderaan in het midden van het scherm.
Het faxnummer wijzigen
Druk op [Wijzigen] onder "Faxbestemming".
Voer een nieuw faxnummer in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op [OK].
Lijn voor faxnummer selecteren
Druk onder "Faxbestemming" op [Select. Regel].
Selecteer de lijn die u wilt gebruiken.
Druk op [OK].
De SUB-code voor faxnummer programmeren
Druk op [Geav. Eigensch.] en druk vervolgens op [SUB Code].
Druk op [Wijzigen] onder "TX SUB code".
Voer een nieuwe SUB-code in en druk vervolgens op [OK].
Om het wachtwoord te wijzigen, drukt u op [Wijzigen] onder "Wachtwoord (SID)".
Voer een nieuw wachtwoord in en druk vervolgens op [OK].
Druk op [OK].
De SEP-code voor faxnummer programmeren
Druk op [Geav. Eigensch.] en druk vervolgens op [SEP Code].
Druk op [Wijzigen] onder "RX SEP code".
Voer een nieuwe SEP-code in en druk vervolgens op [OK].
Om het wachtwoord te wijzigen, drukt u op [Wijzigen] onder "Wachtwoord (PWD)".
Voer een nieuw wachtwoord in en druk vervolgens op [OK].
Druk op [OK].
De internationale TX-modus voor faxnummer instellen
Druk op [Wijzigen] onder "Internationale TX modus".
Selecteer [Uit] of [Aan] en druk vervolgens op [OK].
De faxtitel voor faxnummer selecteren
U kunt de faxkoptekst registreren in faxinformatie programmeren, in de systeeminstellingen voor faxfuncties.
Druk op [Wijzigen] onder "Faxkoptekst".
Maak een selectie tussen [1e naam] en [10e naam] of [Optie-instelling bij TX] en druk vervolgens op [OK].
Invoegen etiketten instellen voor faxnummer
Wanneer 'Label invoegen' is ingesteld op Aan, worden de naam van de ontvanger en standaardberichten op het faxbericht afgedrukt bij ontvangst.
Druk op [Wijzigen] onder "Label invoegen".
Druk op [Aan].
Druk op [Wijzigen] onder "Regel 2".
Selecteer een nieuw standaardbericht of druk op [Handm. invoer] om een nieuw bericht in te voeren.
Als u [Handm. inv.] heeft geselecteerd in stap 4, voer dan het nieuwe bericht in en druk op [OK].
Druk op [OK].
Druk op [Wijzigen] onder "Regel 3".
Selecteer het nieuwe standaardbericht en druk vervolgens op [OK].
Druk op [OK].
![]()
Om de naam te registreren, raadpleegt u Gebruikersgegevens in het adresboek registreren.
Wanneer een groep geregistreerd is, kunt u deze faxbestemming ook aan de groep toevoegen. Voor meer informatie over het registreren van groepen, raadpleegt u Namen in een groep beheren.