Het inlogwachtwoord wijzigen
U kunt het wachtwoord voor Basisverificatie wijzigen.
Voor het registreren van gebruikerswachtwoorden kunt u alfanumerieke tekens en symbolen gebruiken.
![]()
Geef het wachtwoord niet door aan derden. Schrijf evenmin het wachtwoord ergens neer waar anderen het kunnen zien.
Wijzig het wachtwoord regelmatig.
Zorg ervoor dat het wachtwoord moeilijk te raden is.
U kunt tot 128 tekens van één byte invoeren.
De wachtwoorden zijn hoofdlettergevoelig. Houd hiermee rekening tijdens het registreren.
Wachtwoordbeleid
Dit apparaat heeft een wachtwoordbeleid.
Alleen wachtwoorden die aan de opgegeven criteria betreffende complexiteit en het minimale aantal tekens voldoen, kunnen geregistreerd worden. Voor meer informatie over de criteria, zie "De uitgebreide beveiligingsfuncties opgeven", Beveiliging.
Wachtwoorden kunnen de volgende tekens bevatten:
Hoofdletters: A t/m Z (26 tekens)
Kleine letters: a t/m z (26 tekens)
Cijfers: 0 t/m 9 (10 tekens)
Symbolen: (spatie) ! " # $ % & ' ( ) * + , - . / : ; < = > ? @ [ \ ] ^ _` { | } ~ (33 tekens)
Bepaalde tekens zijn niet beschikbaar, ongeacht of de bijbehorende codes worden ingevoerd met het toetsenbord of het bedieningspaneel.