Schermfunctie-instellingen
Apparaatbeheer > Configuratie > Scherm > Schermfunctie-instellingen

Configureer de instellingen voor Schermfunctie-instellingen van het Smart Operation Panel in Web Image Monitor.

Opmerking

  • De instellingen op deze pagina kunnen worden gewijzigd door de volgende beheerders en gebruikers:
    • Apparaatbeheerder (alle onderdelen in Proxyinstellingen van de categorie DRAADLOOS & NETWERKEN en de categorieën PERSOONLIJK, APPARAAT en Apparaatinstellingen van scherm)
    • Netwerkbeheerder (alle onderdelen behalve Proxyinstellingen in de categorie DRAADLOOS & NETWERKEN)
    • Gebruikers zijn ingelogd op een apparaat waarvoor gebruikersverificatie is vereist
      Gebruikersverificatie is ingeschakeld op het apparaat en de gebruikers hebben toestemming om wijzigingen aan te brengen in de instellingsitems van de beheerder.
  • Afhankelijk van het type of de configuratie van het apparaat worden sommige items mogelijk niet weergegeven.
  • Voor meer informatie over de instellingen, zie de Gebruiksaanwijzing die is meegeleverd met dit apparaat.

PERSOONLIJK

Terug naar boven

Taal & invoer

Verwisselbare talen selecteren

U kunt weergavetalen instellen die kunnen worden gewijzigd.

Weergeven/Invoer

Terug naar boven

Weergeven

Helderheid

Geef op of de schermverlichting moet worden uitgeschakeld wanneer er langer dan 1 minuut geen activiteit is geweest.

Weergave-instelling toepassing per functie

Geef aan of u alle toepassingen die bij een bepaalde functie horen wilt verbergen.

Instellingen systeembalk

Weergavetijd systeembericht banner

Geef de periode op waarin een bericht moet worden weergegeven en waarna het volgende bericht in beeld moet komen.

Type weergave

Geef aan of de functietoetsen moeten worden weergegeven in de systeembalk of dat de toetsen en letters moeten worden vergroot.

Weergavetijd/Resterende toner

Geef aan of u de klok of de resterende toner wilt weergeven.

Toets/Toetsenbord/Invoer

Functietoets

Bepaal of de functietoetsen moeten worden ingeschakeld. Indien de functietoetsen zijn uitgeschakeld, zijn Functietoets 1 t/m Functietoets 3 niet beschikbaar.

Functietoets 1 - Functietoets 3

Weergavenaam

Voer de naam in met maximaal 64 tekens die wordt weergegeven voor de functietoets.

[Terug] toets

Geef op of de terugkeerfunctie moet worden ingeschakeld, waarmee de gebruiker terug naar het vorige scherm kan keren tijdens het gebruik van toepassingen. Zelfs wanneer deze functie is ingeschakeld, kan deze niet van toepassing zijn. Dit is afhankelijk van schermen zoals die voor de bovenpagina van een toepassing of foutmeldingsschermen. Wanneer deze functie is uitgeschakeld, wordt er een fouttoon afgespeeld wanneer u op [Terug] drukt.
Ongeacht of deze instelling is in- of uitgeschakeld, is deze handeling altijd ingeschakeld voor de standaard Android-appsschermen of schermfunctie-instellingen.

Toetsenbord & invoermethoden

Selecteer het type toetsenbord dat moet worden gebruikt.

Standaard

Selecteer het type toetsenbord dat standaard moet worden gebruikt.

iWnn IME

Geef aan of u iWnn IME wilt gebruiken.

Apparaat

Terug naar boven

Inschakelen/Energiespaarstand

Opstartmodus van het bedieningspaneel

Selecteer de opstartmodus voor het bedieningspaneel.

Herstel door middel van draadloze verbinding

Geef aan of het apparaat automatisch uit de slaapstand moet worden gehaald wanneer het apparaat wordt benaderd vanaf het mobiele apparaat.

Extern apparaat

SD-kaartsleuf in bedieningspaneel

Geef op of de SD-kaartsleuf moet worden ingeschakeld wanneer u de functies op het bedieningspaneel gebruikt.

USB-geheugensleuf in bedieningspaneel

Geef op of de USB-geheugensleuf moet worden ingeschakeld wanneer u de functies op het bedieningspaneel gebruikt.

Overige

Ondersteuningsinstellingen

Geef aan of u Help wilt weergeven op basis van het weergegeven scherm.

Geluid

Volume

Pas het volume aan van het geluid dat wordt afgespeeld op het bedieningspaneel.

Meldingscategorieën en operationele geluiden

Geef het meldingsgeluid en de operationele geluiden op.

Netwerk/Interface

Instellingen MLP-netwerkinterface

Selecteer de netwerkinterface voor het bedieningspaneel.
Geef op of er gecommuniceerd moet worden via de ingebouwde Wi-Fi-interface op het bedieningspaneel of via de netwerkinterface van het apparaat.

Bedieningspaneel: Draadloos LAN

Wi-Fi

Geef op of de ingebouwde Wi-Fi-interface op het bedieningspaneel moet worden ingeschakeld.

Wireless Direct

Wireless Direct

Geef aan of Wireless Direct-communicatie moet worden ingeschakeld.
Indien deze instelling is ingeschakeld, kan het bedieningspaneel als DHCP-server worden gebruikt. Wanneer het wireless LAN-apparaat (clientapparaat) binnen een netwerk wordt opgestart, wordt de informatie die nodig is voor een netwerkverbinding zoals een IP-adres automatisch toegewezen.

Apparaatnaam

Geeft de naam van het apparaat weer dat is verbonden met het wireless LAN-apparaat (clientapparaat).

Groepseigenaarmodus

Geef aan of de Groepseigenaarmodus moet worden ingeschakeld.

Als deze instelling is ingeschakeld, functioneert het apparaat op eenzelfde soort manier als een toegangspunt om met meerdere wireless LAN-apparaten te communiceren (clientapparaten).

Verbindingswachtwoord

Voer het wachtwoord in om verbinding met een netwerk te maken.

IP-adres DHCP-server

Voer het IP-adres van het bedieningspaneel in dat wordt gebruikt als toegangspunt door het wireless LAN-apparaat (clientapparaat).

IP-adresbereik DHCP

Geeft het bereik van het IP-adres weer dat is toegewezen aan het wireless LAN-apparaat (clientapparaat). Het IP-adres dat is toegewezen aan de client is gedurende 1 uur actief.

Kanaal selecteren

Selecteer het kanaal voor directe verbinding.

Vast SSID

Geef op of de koptekst van de SSID moet worden ingesteld op "DIRECT-zV-". Als deze instelling is uitgeschakeld, worden de twee tekens tussen "-" willekeurig toegewezen. Deze instelling kan niet worden gewijzigd indien Groepseigenaarmodus is ingeschakeld.

Bedieningspaneel: Poorttoewijzing

Poorttoewijzing

Wanneer u de poorttoewijzingsfunctie inschakelt kunt u een poort gebruiken die u vooraf heeft opgegeven. Door deze poort te gebruiken, kunt u verbinding met het apparaat maken vanaf een smartphone/tablet zonder gebruik te maken van een LAN. U moet de Wi-Fi-instellingen inschakelen of de Wireless Direct-instellingen om de poorttoewijzingsfunctie te kunnen gebruiken.

Bedieningspaneel: Proxyinstellingen

Proxy gebruiken

Geef op of het bedieningspaneel een proxyserver gebruikt voor communicatie.

Proxyadres

Voer het IP-adres van de proxyserver in.

Poortnummer

Voer het poortnummer in voor communicatie met de proxyserver.

Proxy-uitzonderingen

Voer de adressen in die uitzonderingen zijn, waardoor ze de proxyserver niet gebruiken.

Verificatie inschakelen

Geef aan of proxyverificatie moet worden toegepast.

Bedieningspaneel: Bluetooth

Bluetooth

Geef op of de ingebouwde Bluetooth-interface op het bedieningspaneel moet worden ingeschakeld.

Apparaatnaam

Geeft de naam weer van het apparaat dat is verbonden met andere apparaten waarop Bluetooth is geactiveerd wanneer de functie Bluetooth is ingeschakeld.

Gekoppelde apparaten

Zichtbaarheid time-out

Geef op hoe lang het duurt voordat andere apparaten waarop Bluetooth is ingeschakeld het bedieningspaneel detecteren. Nadat de opgegeven tijd is verstreken, wordt het bedieningspaneel automatisch niet meer detecteerbaar en wordt het niet weergegeven als ontkoppeld apparaat met Bluetooth.

Instellingen voor beheerder

Terug naar boven

Beveiliging

Serverinstellingen

Serverfunctie

Bepaal of de serverfunctie moet worden ingeschakeld.

Installatie-instellingen

Geef aan of installatie is toegestaan van de toepassing met de SHA-1-handtekening.

Verificatie/Kosten

Beheerdersverif./Verif. gebruik.beheerder/Verif. toepas.beheerder

Instelling voor invoeren van verificatiewachtwoord

Geef op of tekens van twee bytes zijn toegestaan voor wachtwoorden.

Eigen aanpassing van gebruiker

Geef op of de instellingen van elke gebruiker moeten worden gebruikt wanneer de gebruiker inlogt op het apparaat.

Knoppen

Terug naar boven

Vernieuwen

Klik hierop om de momenteel weergegeven informatie bij te werken.

OK

Klik hierop om de instellingen door te voeren.

Annuleren

Klik hierop om de instellingen te annuleren.

 

Terug naar boven