Voer apparaatcertificaat in
Apparaatbeheer > Configuratie > Beveiliging > Apparaatcertificaat > Voer apparaatcertificaat in

Installeer het apparaatcertificaat dat is uitgegeven door een certificeringsinstantie (CA). Een tussenliggend certificaat kan worden geïnstalleerd samen met het apparaatcertificaat.

Opmerking

• Deze pagina wordt weergegeven wanneer u op Installeer klikt op de pagina Apparaatcertificaat.
• Als de apparaat- en tussenliggende certificaten reeds zijn geïnstalleerd, zal het bestaande tussenliggende certificaat niet worden behouden nadat het apparaatcertificaat is bijgewerkt.

Certificaatnr.

Geeft het identificatienummer van het apparaatcertificaat weer.

Voer apparaatcertificaat in

Kopieer en plak de inhoud van het apparaatcertificaat dat door een certificeringsinstantie (CA) is verstrekt. U kunt een tekst van maximaal 4095 tekens invoeren.
Als u de apparaat- en tussenliggende certificaten samen wilt installeren, kunt u twee teksten invoeren van ieder maximaal 4095 tekens.

Knoppen

OK

Klik hierop om de instellingen door te voeren.
Als er een bericht verschijnt, klikt u op OK om terug te keren naar de pagina Apparaatcertificaat waar Geïnstalleerd wordt weergegeven in het vak Certificaatstatus.

Annuleren

Klik hierop om de instellingen te annuleren.