Werk de gebruikersnaam en het wachtwoord van de LDAP-server bij.
Voer het nieuwe wachtwoord in (maximaal 128 alfanumerieke tekens).
Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.
Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in ter bevestiging.
Het wachtwoord dat u hier invoert, moet hetzelfde zijn als het wachtwoord dat u eerder heeft ingevoerd in Nieuw wachtwoord. Als dat niet het geval is, dan kan het wachtwoord niet worden gewijzigd.
Klik hierop om de instellingen door te voeren.
Klik hierop om de instellingen te annuleren.