Specificeer bestanden en druk ze af. De volgende bestandsindelingen kunnen worden afgedrukt:
HP-GL, HP-GL/2, HP-RTL, TIFF, CALS, JPEG, PDF, en PS.
Specificeer bestand(en) die u wilt afdrukken.
Opmerking
Hiermee opent u een lijst van de locaties die u heeft geselecteerd. Dit is handig als u een locatie wilt selecteren die al eerder is gespecificeerd.
Selecteer de directory met de bestand(en) die u wilt afdrukken.
Hiermee wordt de naam en de grootte van de bestanden weergegeven in de locatie die u specificeerde onder Mapstructuur. Specificeer bestand(en) van de lijst die u wilt afdrukken.
Klik op deze knop om alle bestanden uit de Bestandslijst aan de lijst met Bestand(en) om af te drukken: toe te voegen.
Klik op deze knop om alle bestanden uit de Bestandslijst aan de lijst met Bestand(en) om af te drukken: toe te voegen.
Klik op deze knop om een geselecteerd bestand uit de lijst met Bestand(en) om af te drukken: te verwijderen.
Klik op deze knop om alle bestanden uit de lijst met Bestand(en) om af te drukken: te verwijderen.
Hier wordt de lijst met bestand(en) weergegeven die u heeft geselecteerd om af te drukken.
Opmerking
Afdrukvolgorde.
Naam van het bestand.
Padnaam van de directory met het bestand dat moet worden afgedrukt.
Grootte van het bestand.
Selecteer dit om bestanden na het afdrukken automatisch uit de lijst te verwijderen.
Opmerking
Hiermee worden de afdrukinstellingen afzonderlijk ingesteld voor een specifiek bestand. Selecteer een bestand en klik op deze knop om het menu Individ. best.inst. weer te geven.
Hiermee verandert u de afdrukvolgorde van een geselecteerd bestand in de lijst met Bestand(en) om af te drukken:. Klik op deze knop om het geselecteerde bestand naar boven te verplaatsen.
Hiermee verandert u de afdrukvolgorde van een geselecteerd bestand in de lijst met Bestand(en) om af te drukken:. Klik op deze knop om het geselecteerde bestand naar beneden te verplaatsen.