Verificatiesleutel
Apparaatbeheer > Configuratie > Beveiliging > IPsec > Coderingssleutel handmatige instellingen (Instellingen 1 t/m 4) > Verificatiesleutel
Apparaatbeheer > Configuratie > Beveiliging > IPsec > Coderingssleutel handmatige instellingen (Standaardinstellingen) > Verificatiesleutel
Gebruik deze pagina om een verificatiesleutel te maken of te bewerken voor de opgegeven verificatiealgoritme.
Verificatiesleutel
Voer de sleutel in die wordt gebruikt voor verificatie. Het aantal tekens dat kan worden ingevoerd, is afhankelijk van het geselecteerde verificatie-algoritme.
Wanneer u HMAC-MD5-96 selecteert:
U kunt 32 hexadecimale tekens of 16 alfanumerieke tekens invoeren.
Wanneer u HMAC-SHA1-96 selecteert:
U kunt 40 hexadecimale tekens of 20 alfanumerieke tekens invoeren.
Wanneer u HMAC-SHA256-128 selecteert:
U kunt 64 hexadecimale tekens of 32 alfanumerieke tekens invoeren.
Wanneer u HMAC-SHA384-192 selecteert:
U kunt 96 hexadecimale tekens of 48 alfanumerieke tekens invoeren.
Wanneer u HMAC-SHA512-256 selecteert:
U kunt 128 hexadecimale tekens of 64 alfanumerieke tekens invoeren.
Bevestig verificatiesleutel
Voer in dit vak nogmaals de verificatiesleutel in ter bevestiging.
Voor het maken van de verificatiesleutel moet de sleutel die u hier invoert, overeenkomen met de sleutel die is opgegeven in het vak Verificatiesleutel.
Knoppen
OK
Klik hier om de instellingen op te slaan en terug te keren naar de pagina Coderingssleutel handmatige instellingen. De instellingen worden toegepast als u op OK klikt op de pagina IPsec.
Annuleren
Klik hierop om de instellingen te annuleren.