Instellingen opgeven voor taak- en apparaattoegangslogboeken.
U kunt op deze pagina ook logboekrecords verwijderen.
Opmerking
- De instellingen op deze pagina kunnen worden gewijzigd door de volgende Beheerders en Gebruikers:
- Apparaatbeheerder
- Aangemelde gebruikers
De Gebruikerverificatie is ingeschakeld op het apparaat en de Gebruikers hebben toestemming om wijzigingen aan te brengen in de instelparameters van de Beheerder.
Taaklogboek
Taaklogboeken verzamelen
Instellen of taaklogboeken moeten worden bijgehouden.
Opmerking
- Als [Inactief] is geselecteerd, kunnen de records in een taak- en foutenlogboek niet worden bevestigd.
Taaklogboek verzamelniveau
Selecteer een niveau van taaklogboekverzameling.
De instellingen die worden weergegeven bij [Instellingen taaklogboekverzameling op functietype], zijn afhankelijk van het geselecteerde verzamelniveau.
Instellingen taaklogboekverzameling op functietype
Geef aan of taaklogboekverzameling moet worden ingeschakeld voor elke functie van het apparaat.
Opmerking
- Wanneer u de instelling in de lijst wijzigt, verandert de instelling van [Taaklogboek verzamelniveau] automatisch in "Gebruikersinstellingen".
Toegangslogboek
Toegangslogboeken verzamelen
Instellen of logboeken voor apparaatbewerkingen moeten worden bijgehouden.
Toegangslogboek verzamelniveau
Selecteer een niveau van toegangslogboekverzameling.
De instellingen die worden weergegeven bij [Instellingen toegangslogboekverzameling op functietype], zijn afhankelijk van het geselecteerde verzamelniveau.
Instellingen toegangslogboekverzameling op functietype
Geef aan of toegangslogboekverzameling moet worden ingeschakeld voor elke functie van het apparaat.
Opmerking
- Toegangslogboekrecords worden altijd opgeslagen voor [HDD formatteren], [Alle logboeken verwijderen], [Logboekinstelling wijzigen] en [Item Logboekverzameling wijzigen].
U kunt voor deze instellingen "Niet verzamelen" niet opgeven.
- Wanneer u de instelling in de lijst wijzigt, verandert de instelling van [Toegangslogboek verzamelniveau] automatisch in "Gebruikersinstellingen".
Algemene instellingen voor alle logboeken
Logboeken veranderen
Selecteer deze optie als u het verzenden van logboeken wilt uitschakelen.
Wanneer de verzending van logboeken inactief is, wordt [Inactief] weergegeven en kan deze instelling niet worden gewijzigd.
Als de verzending van logboeken actief is, kunnen logboekrecords naar het logboekregistratiesysteem worden verzonden.
Opmerking
- Als u de instelling voor het verzenden van logboeken van "Inactief" naar "Actief" wilt wijzigen, gebruikt u het logboekregistratiesysteem.
Logboeken coderen
Instellen of u de codering van logboekrecords wilt in- of uitschakelen.
Opmerking
- Als u de codering wilt inschakelen, moet u [Taaklogboeken verzamelen] en/of [Toegangslogboeken verzamelen] op "Actief" instellen.
Classificatiecode
Geef aan of classificatiecodes moeten worden bijgehouden.
Optioneel
Zelfs als een taak een classificatiecode heeft, wordt wel het taaklogboek maar niet de classificatiecode bijgehouden.
Vereist
Hiermee worden taaklogboeken samen met classificatiecodes bijgehouden. Taken zonder classificatiecodes worden geannuleerd.
Opmerking
- Informatie over classificatiecodes kunt u vinden in de bedieningshandleidingen bij het apparaat.
Alle logboeken verwijderen
Alle logboeken verwijderen
Klik op [Verwijderen] om de records in alle taak- en apparaattoegangslogboeken te wissen.
Opmerking
- Op deze pagina wordt [Alle logboeken verwijderen] niet weergegeven wanneer zowel [Taaklogboeken verzamelen] als [Toegangslogboeken verzamelen] is ingesteld op "Inactief".
Knoppen
[Vernieuwen]
Klik hier om de momenteel weergegeven informatie bij te werken.
Opmerking
- Voordat u de instellingen invoert, klikt u op [Vernieuwen] om de huidige status van het apparaat op te vragen.
[OK]
Klik hier om de instellingen door te voeren.
[Annuleren]
Klik hier om de instellingen te annuleren.